103
destijds de ambachtsmolen van de prinsen van Oranje. Voorts waren
nog bekend de stellen 's Gravenhoek", de "Kampelantse stelle", de
"Vlietestelle" (hofstede Keihoogte) en een stelle in de buurt van Kats.
Dat die overstroomde landen opnieuw volledig in exploitatie gebracht
konden worden is verder te danken aan de mensen, die rond 1600 grote
bedijkingsprojecten in het leven wisten te roepen. Uit welk oogmerk het
ook moge zijn, hetzij uit winstbejag van eigenaren der schorren en
slikken of voor machtsuitbreiding van ambachtsheren, het waren in
ieder geval objecten, die destijds aan vele personen de zo nodige werk
gelegenheid verschaften, overigens vermoedelijk zonder dat laatstge
noemd motief als hoofddoel in de vaandelen was geschreven.
Eerst kwamen de landmeters, die de schorren en slikken op last van de
ambachtsheren en/of mede-eigenaren in kaart moesten brengen. De've
le oude polderkaarten zijn even zo vele getuigen van hun aktiviteiten.
Enkele namen van landmeters ("cartografen") kaartmakers, die werk-