aangenomen dat de oude waterkering vrijwel geheel vernietigd was.
Vanuit de kreken ontwikkelde zich opnieuw het sedimentatiepatroon van
lichte en zware gronden. De karakteristieke hoogteverschillen tussen
de kreekruggen en de poelgebieden werden daarbij door opslibbing geni
velleerd. Op de poelgronden is veelal 1 m. of meer nieuw sediment af
gezet, op de hoge kreekruggen slechts enkele decimeters (afb. 1 en 3).
Zo werd de oude polder door hernieuwde opslibbing weer rijp voor be
dijking. Het verdronken land kwam in 1615 in bezit van de stad Goes, die
octrooi voor bedijking verkreeg. In 1616 kwam de nieuwe Borsselepol-
der gereed. Van het voormalige wegennet en het verkavelingspatroon
was niets meer terug te vinden. De oude grillige perceelsindeling werd
toen vervangen door een geheel nieuw rechthoekig en veel rationeler
verkavelingspatroon. Door de hogere ligging was ook een betere afwa
tering gewaarborgd; ook waren de landbouwkundige kwaliteiten van het
nieuwe kalkrijke kleidek uitstekend. Door dit alles zijn de produktie-
omstandigheden ten opzichte van het oude gebied sterk verbeterd.
Bewoning. Ter plaatse van het voormalige Monster ontstond een
nieuwe nederzetting. Deze werd nu Borssele genoemd.
De ligging aan de oever van de Westerschelde noodzaakte de bewoners
tot een voortdurende waakzaamheid voor overstromingen. Was er eerst
nog sprake van enige landwinst, weldra werd men in het defensief ge
drongen. Middels het leggen van inlagen moest men in de 17-de en 18-
de eeuw terugtrekken en land prijsgeven (Wilderom 1968). De laatste
overstroming vond plaats in 1728 waarbij 120 ha land verloren ging. De
in 1721 opgeworpen inlaagdijk werd hierbij zeewerend en is dit, dankzij
de verbeterde oeververdediging, tot nu toe gebleven. De strijd om het
land van Borssele heeft voor en tegenspoed gekend, maar is tenslotte
bekroond met een der beste stukken Zeeuwse poldergrond, ontworsteld
aan de schoot der zee. De Zeeuwse wapenspreuk "Luctor Et Emergo"
mag zeker ook voor deze streek met ere worden gedragen.
LITERATUUR
Beekman, A.G. 1916/1921;
Geschiedkundige Atlas van Nederland. Tekst bij kaart V; Hol
land, Zeeland en Westfriesland in 1300. Nijhoff's-Gravenhage.
Bennema, J. 1954;
Bodem en zeespiegelbewegingen in het Nederlandse kustgebied.
Boor en Spade VII, 1-96.
Boxhorn, M. Z. van, 1644:
Chroniick van Zeelandt, Middelburg.
43