De Ganzepoortbrug met rechts de J. Valckestraat In Goes nam in begin januari 1919 F.G.C. Rothuizen, direkteur van Gemeente werken, "na lang nadenken en na bestudering van de situatie ter plaatse" het initiatief tot een rigoreus plan met betrekking tot de Oostwal en omgeving, dat naar zijn zeggen op de eerste plaats werd ingegeven door de verdienste ervan tot "een zeer belangrijke verfraaiing van de stad en meteen het vraagstuk der werke loosheid op te lossen". "Het is (-) gewenscht middelen te beramen om de werke- loozen te helpen en dan niet in de eerste plaats door geldelijke ondersteuning, doch indien eenigszins mogelijk door het verschaffen van werk en dan liefst deugdelijk, loonend werk". Goes had in deze periode te kampen met een aantal gedemobiliseerden (W.O. I) en een toenemend aantal crisiswerklozen, met name veldarbeiders, die behalve op het Koninklijk Nationaal Steuncomité ook een beroep deden op de gemeente kas. Rothuizen rekende met zijn plan niet meteen op algemene instemming maar deed toch het voorstel "het overgroote deel der olmenboomen en nog enkele andere soorten op den Oostwal te doen rooien (-) het inwinnen van een advies daarom trent van een bekwaam tuinarchitekt en (-) het aan hem opdragen een plan te maken voor een geheel nieuwen plantsoenaanleg vanaf de Ganzepoortbrug tot bij de gevangenis (op de plaats van het huidige belastingkantoor G.A.)" en "het ver der aankoopen van de huizen (krotten) in de Bocht van Guinée, speciaal (-) tus- schen de z.g. groote en kleine bocht; het amoveeren van deze perceelen; het doorgraven van een opening in de dijk voor de bocht aan de zijde van de speel plaats; het maken van een zeer eenvoudig plantsoen ter vervanging van de geamo- 57

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1978 | | pagina 59