De dominee (11) Op de kerkeraadsvergadering van 29 januari 1867 was de student J.W. van den Broek aanwe zig. Hij kreeg de toezegging van beroep zodra hij zijn theologische studie zou hebben afgerond. En hiermee trad de kerkeraad buiten zijn boekje. Voor het beroepen van een predikant was in een vakante gemeente de aanwezigheid van de consulent, i.e. ds. Keulemans te Middelburg, noodzakelijk. Vanuit de classisvergadering werden bezwaren tegen deze handelswijze aange voerd, waarop de kerkeraad de zaak herriep. Op 14 mei 1867 was ds. Keulemans op de kerkeraadsvergadering aanwezig. Er werd een drie tal opgesteld, nl. ds. Kloppenburg van Oud-Vossemeer, ds. Keulemans van Middelburg en kan didaat Van den Broek te Rotterdam. Men besloot een tractement van f. 800,per jaar te bieden (geen geringe opgave voor een zo kleine gemeente) f. 75,bij de aanvaarding van het ambt, vrij wonen en 4 vrije zondagen per jaar, met behoud van tractement. Ook zou in de beroepingsbrief worden vermeld, dat de do minee een 'punthoed' diende te dragen. Het ambtskostuum van een predikant in kringen van kruisgezinden in die dagen bestond uit een korte broek, een steek (een hoofddeksel, waarvan de rand aan weerszijden of op drie plaatsen is opgeslagen) en een bef. De predikant van de chr. afgescheiden gemeente had dat ambtskostuum in 1844 al afgezworen. In de vergadering van de manslidmaten - vrouwen hadden geen enkele stem in het kapittel - werd met algemene stemmen besloten een beroep uit te brengen op kandidaat Van den Broek. De beroepingsbrief werd op 15 mei 1867 verzonden. Deze luidde als volgt: 'Den Weleerw.Heer Goes, 15 mei 1867 den Heer J. IE. van den Broek Kandidaat tot den H.Dienst Wel Eerwaarde Heer en Geliefde Broeder! De Allerhoogste zelf bevestige U in de Heilige Bediening waartoe Hij U heeft uitgestooten, en geve U raad en wijze U zijnen weg. Amen. De Kerkeraad der Gereformeerde Gemeente te Goesheeft in overweging hunner behoefte aan eenen Herder en Opziener, onder opzien tot den Heere, en onder bevoegde leiding een Drietal gemaakt van Predicanten om met de Gemeente daaruit ééne te kiezen, waarop is gebleken dat Uw persoon met algemeene stemmen is verkozen tot onzen Herder en Leeraar, weshalve wij in Naam des Heeren U toeroepen Kom over! in Goes en help ons! Wij beroepen U dan tot onzen Herder en Leeraar om in ons midden door Leer en Wandel te stichten, U te houden aan de zuivere leer der Waarheid, naar's Heeren Woord en Kerkregeering vastgesteld te Dordrecht in de Sijnode des jaars 1619; de bediening der Heilige Sacramenten en uitoefening der Kerkelijke tucht. Het werk waartoe wij U beroepen is des Zondags 3 maal prediken, op de feestdagen na ge meen overleg en goedvinden, in de wintermaanden een maal per week, de Catchisanten naar de vatbaarheid te onderwijzen, 4 maal des jaars huisbezoek te doen voor de bediening des Avond- maals en verder alles wat tot het werk van een getrouw Dienaar van Jezus Christus behoord. 42

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1980 | | pagina 42