Hy - y£^
r
<V
J'/v ls~A ty-y t" <f
'^V esi/tj"* fJl
,yi-. I ?sf-yy2.
y/<siy *2,4
I y L y V Zs-y
7,>\ v
i--
e sx St y/*£-?« 0Vzs/£y
f
I t: O «y-,
- T y
yi- £y-z y -yryfy ty yz y<y ■£y?/y.
-yyy^s-e- 2,J-£S< sy'sss-sZ
-"' *^'4,
Z*.y2 C -„A- ü?y v., ✓V-? iT'
<TW <*-'**&"*
yy £?es e-Zs/t szygc
r>'
t .-Zy/Z.aas
&t Y~SZ-£2
y
-' yy>s ys.. y s
zZ'jc
Verslag door Adriaan van Velzen van zijn
bezoek op 21 maart 1859 aan de kerken van
's-Heer Abtskerke en Sinoutskerke ter gele
genheid van de bevestiging van ds. G. Hooger-
zeil door diens vader, ds. S. Hoogerzeil,
predikant te Wemeldinge van 1854 tot 1855,
opgetekend in één van zijn aantekening boek
jes.
Omstreeks 1865 begon Budding wat meer te doen aan de plaatselijke organisatie van de leden
van zijn Christelijk Evangelische gemeente op de verschillende dorpen. In Wemeldinge werd in
1866 een permanente vergaderplaats ingericht in een deel van de schuur van Comelis Linden-
bergh op het oosteinde van het dorp, die daarvoor was gehuurd. Adriaan de Schipper, de boer
uit de Rusen en ouderling van Buddings gemeente, leidde er bidstonden, gaf er katechisatie, en
hield er bijeenkomsten, waar ook Budding soms wel aanwezig was. Het bleef echter een ver
gaderruimte, er werden geen kerkdiensten gehouden, daarvoor ging men naar Goes.
In 1870 hadden de Zuid-Bevelandse Christelijk Evangelischen een zware slag te inkasseren. Op
10 november stierf Budding, zittend in zijn stoel, omringd door velen van zijn volgelingen,
betreurd door geestverwant en tegenstander. Door zijn gemeente werd de leiding van het
gemeentelijk werk nu opgedragen aan twee ouderlingen, Koert Loggers en Adriaan de Schip
per. Echter niet ieder ging daarmee akkoord. Een leerling van Budding, Pieter van Paassen, die
een beperkte theologische opleiding had gevolgd aan de Zendingsschool van ds. Witteveen in
Ermelo en naderhand de Christelijk Evangelische groepen in Bath en Zaamslag had geleid, pre-
93