Door toepassing van wetenschappelijk onderzoek, bijvoorbeeld op het gebied van planten ziekten, bestrijdingsmiddelen en gebruik van kunstmest, kon de opbrengst per hektare nog toenemen (17). Arbeidsomstandigheden Door akties van de arbeidersbeweging en onder invloed van de grote socialistische en kommu- nistische omwentelingen in het buitenland in 1917-1918 werden de arbeidsomstandigheden op belangrijke punten verbeterd. De regering ging haast maken met sociale hervormingen. Van fundamentele betekenis waren de invoering van de 8-urige werkdag (die in de 30er jaren her roepen werd), de ziektewet (trad in 1930 in werking), de arbeidswet, de ouderdomswet en de zeeongevallenwet (alle van 1919), de land- en tuinbouwongevallenwet (van 1928) en de wet op de kinderbijslag (van 1939). De werkomstandigheden bleven ondanks dit alles voor grote verbeteringen vatbaar. De regering had de neiging om in tijden van krisis bovenstaande verwor venheden buiten werking te verklaren. Steeds meer werknemers maakten kennis met de lopende band (18). Arbeidersbeweging Deze beleefde in de jaren '10 en '20 van deze eeuw een sterke groei. De arbeidersbeweging werd naar Engels voorbeeld georganiseerd, dit wil zeggen met een beroepskader, een sterke weerstandskas en discipline (19). Het ledental steeg tot enkele lOO.OOOen (20). De politieke vleugel van de beweging kreeg steeds meer invloed op de landspolitiek; in 1918 telden de pro gressieve partijen in de 2de kamer 26 zetels (21). Behalve de genoemde wetten betreffende de arbeidsomstandigheden werden successen geboekt met het kiesrecht voor vrouwen en de ver laging van de pensioenleeftijd van 70 naar 65 jaar. De expansie van de vakbeweging ging het gehele land bestrijken. Dorpen en steden, die meestal reeds één of meer oudere en zelfstandige werkliedenverenigingen bezaten, kregen een afdeling van de moderne bonden. Tot in de 30er jaren kwamen veel koöperaties voor arbeiders van de grond. De jaren '30 stonden in het teken van de krisis, die vele lOO.OOOen werklozen maakte. Stakingen waren niet van de lucht. Verlagingen van lonen en bijstand met 10% waren normaal, de verbittering en de armoede hielden gelijke tred. Afbeelding 3. mgr. dr. H.J.A.M. Schaepman (RKSP). Uit: zie afbeelding 1, biz. 108 53

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1981 | | pagina 55