12. De grote zaal wordt vierschaar genoemd. Deze ruimte had echter een dubbelfunctie van vierschaar en raadzaal. Zelfs in 1865, volgens Piccardt, nog steeds vierschaar geheten. 13. "Goes mag zich verheugen de kunststukken van Geerards, die de z.g. Wittjes op het paleis te Amster dam zo nabij streven, in zijn Raadzaal te hebben behouden". In 1874 was de toestand precair. Er werd toen in de raadsvergadering van 29 maart voorgesteld ze wegens kosten van de restauratie in koop af te staan. De Minister van Binnenlandse Zaken vond geen termen aanwezig voor het verlenen van subsidie wegens de geringe waarde der stukken! Zie G.A. Goes, "Verslag van den toestand der gemeente Goes 1874", rapport W.A. Hopman, conservator Rijksmuseum Amsterdam, behandeld op 12 maart 1874 in de raadsvergadering. Naar aanleiding van een nader rapport van Rijksadviseurs voor het behoud van gedenkstukken van kunst werd subsidie verleend door de Koning. 14. Machiel is een Zeeuwse benaming voor Michiel. St. Lami ("Dictionnaire des Sculpteurs de l'école franpaise au 18e siècle", II, Paris 1911, blz. 366 en 367) behandelt Vervoort Jr. alleen degene met voornaam Michel-Pierre. Tralbaut vermeldt in zijn uit voerig werk over de Antwerpse "Meester Constbeldhouwer" Michiel van der Voort de Oude twee zoons, respectievelijk Michel, gedoopt 18.8.1704 en 8 maanden later 24.4.1705 Michael-Petrus. Wanneer de bijlagen van de Goese stadsrekeningen bewaard zouden zijn, werd wellicht meer zekerheid verkregen. Het gebeurt wel meer namelijk dat een der voornamen niet in de stadsrekeningen opgeno men werd. 15. Van der Voort Sr. had o.m.met J.P.van Baurscheit de Oude samengewerkt; hij oefende een belangrijke invloed uit op de religieuze beeldhouwkunst van zijn tijd. 16. Zie noot 14. 17. Deze gegevens werden verstrekt door de beeldhouwer G. Kemperman in Bergen op Zoom, waarvoor wij zeer erkentelijk zijn. 18. Hall's Dictionary of Subjects and Symbols in Art. London 1974, blz. 206. 19. De term "muts" wordt gebruikt in een brief van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg aan de gemeente Goes in 1966. 20. De Kanter en Utrecht Dresselhuis, blz. 246. 21. Aa, Van der "Aardrijkskundig Woordenboek" blz. 621. 22. Dc aldaar staande lantaarn werd in 1907 weggenomen om plaats te maken voor de muziektent, die naar het midden van de Markt werd verplaatst. Het onderschotwerk van de tent werd weggenomen en daarvoor in de plaats een stenen voet gemetseld met stenen trap voor toegang naar de tent, terwijl rondom een plantsoen werd aangelegd, waaromheen een eenvoudig hekwerkje. De Markt, zo wordt in het verslag van de gemeente Goes gezegd, is hierdoor werkelijk verfraaid. De kosten dezer verandering werden bijna geheel door particulieren betaald. Waarschijnlijk houden de verbeteringen verband met het Koninklijk bezoek aan Goes. 23. G.A. Goes, Archief Gemeente Goes, 1851-1969 "Verslag van den toestand der gemeente Goes 1870". 24. Geïnteresseerden worden verwezen naar het verslag uit 1870. 126

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1982 | | pagina 128