Waster
2
Looiersknecht
5
Metselaarsknecht
16
Wijnkopersknecht
3
Wijnkopersjongen
1
Brouwersknecht
4
Varensgezel
2
Werkster
18
Koemelker
11
Wagenmakersknecht
4
Breister
3
Kuipersknecht
2
Kuipersleerling
1
Touwslagersknecht
1
Boereknecht
15
Hoe demakersknecht
1
Gruttersknecht
2
Aannemersleerling
1
Portier
3
Koekkramer
1
Korenmolenaarsknecht
2
Totaal:
Abs.
I
79
3,9
II
607
30,1
III
1332
66,-
2018
100,0
Houtkopersknecht
1
Straatmaker
3
Stadsarbeider
2
Winkelknecht
2
Winkeljongen
1
Brugophaler
1
Kolenmeter
2
Droger
1
Turfbinder
1
Gezelschapsjuffrouw
1
Speelman
2
Stadsbode
2
Smidsleerling
1
Drogistleerling
1
Cipiersknecht
1
Hoveniersknecht
2
Landman
4
Karreman
1
Schaapsherder
1
Winkelier(se)
49
Stalhouder
2
1332
Hfd. 2. De hervormde gemeente in Goes.
In het onderstaande proberen we de belangrijkste gebeurtenissen en ontwikkelingen binnen de
plaatselijke gemeente te beschrijven, die van belang zijn voor een beter begrip van de afschei
dingsbeweging. Hierbij wordt aangegeven hoe de gemeente georganiseerd was. Hoe was de
samenstelling van de kerkeraad? Welke was zijn houding tegenover de besluiten van de hogere
kerkelijke gezagsorganenWelke geloofsovertuiging hadden de predikanten? We trachten een
globaal beeld te schetsen van de gezagsverhoudingen en het geestelijk klimaat binnen de Her
vormde Gemeente.
Het Algemeen Reglement van 1816 gaf de Hervormde Kerk in Nederland een bestuursvorm,
die haar in sterke mate afhankelijk maakte van de staat. Langs verschillende wegen had het
overheidsgezag greep op de kerkelijke instituties. Zo moesten de besluiten van de Synode, het
hoogste gezagsorgaan binnen de kerk, aan de koning ter goedkeuring worden voorgelegd, ter
wijl de vorst bovendien grote invloed had op de benoeming van de leden der provinciale en
classicale besturen. Beide instellingen hielden toezicht op de plaatselijke gemeenten (1). De
42