Gelukkig gaf de pater die het artikeltje in de Volksmissionaris schreef, een verwijzing naar een andere bron en wel naar B. de Jonghe, Belgium Dominicanum De Conventu Gandensi. We hadden namelijk nog steeds geen weerwoord gevonden op het merkwaardige verschijn sel van het ontbreken van een altaar van het Heilig Kruis in Eversdijk. En dit weerwoord zat verscholen in de tekst van B. de Jonghe, die na een groot aantal vergeefse pogingen tenslotte te voorschijn kwam, dank zij de uitstekende hulp van de mensen van de Provin ciale Bibliotheek van Zeeland en van de Bibliotheek van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord Brabant (39). Wie schetst namelijk onze verbazing toen we ontdekten dat in deze Latijnse tekst gespro ken wordt, niet van EVERSDIJK, maar van ELFDIJK (of Elsdijk), wat we, daar zal nie mand aan twijfelen, moeten vertalen in ELLEWOUTSDIJK! Voor deze latijnse tekst verwijzen wij naar bijlage D, voor de zo letterlijk mogelijke Ne derlandse vertaling naar bijlage E. Theoretisch is het mogelijk dat de schrijver van het artikeltje in de Volksmissionaris in de war is gebracht door de mededeling, dat het bewus te dorp vlak bij Goes, een stad in Zeeland op het eiland Zuid-Beveland, lag. Eversdijk lag uiteraard aanzienlijk dichter bij Goes dan Ellewoutsdijk. Veel voor de hand liggender is echter de veronderstelling, dat de man gewoon maar slor dig is geweest en mogelijk tevens slecht op de hoogte van de situatie op Zuid-Beveland en de omliggende eilanden in de middeleeuwen en dus niet heeft geweten dat er zowel een dorp Ellewoutsdijk als een dorp Eversdijk was, die ook nog beide aan de Westerschelde lagen. Hiermede is ook het ontbreken van het altaar van het Heilig Kruis opgelost, want in Elle woutsdijk was dit wel degelijk aanwezig (40). Conclusie, spijtig of niet: Eversdijk is een legende armer en Ellewoutsdijk is een legende rijker dan we tot nu toe wisten. In de En cyclopedie van Zeeland zou onder het trefwoord Eversdijk in de volgende druk de zin "ter herdenking van het mirakel van het H. Kruis vonden er eens per jaar bedevaarten plaats naar Eversdijk", waarschijnlijk het beste geschrapt kunnen worden. De overlopers De oudste bewaard gebleven overlopers zijn die van 1587 en 1594 (41). Hierin is Evers dijk reeds samengevoegd met de Galgoordpolder, een poldertje wat aan de oostzijde van Eversdijk tegen de haven van Biezelinge gelegen was. De dijk die de grens heeft gevormd tussen Eversdijk en Galgoord is vele jaren geleden geheel geslecht en alleen voor ingewij den is hiervan in het veld nog iets te vinden. Bodemkundig is de grens tussen het oudland van Eversdijk en het nieuwland van Galgoord precies aanwijsbaar. De verdeling over de hoeken was volgens de oudste overlopers als volgt Den Gheerhouck, beghonnen van den Zwarten Weel inne streckende zuyt ende west oppe: Den Hilhouck, daer Pieter Corns Cnuyt in woont, comende aent ambacht van Cloetinge beghonnen van oosten inne streckende eerst west ende dan oost op: Den houck voor Marinus Willemsen, beghonnen van zuyt- westen inne streckende noortoost oppe: Liehouck, beghonnen van oosten inne liggende met 't ambacht van Cloetinge gemeene in twee stucken streckende noortwest oppe: Den houck tusschen 't Westdorp ende de kercke benevens 't lange wegelinck, beghonnen vanden steenwech af strecken de west oppe: Den Noorthouck, beghonnen van zuytoosten inne: Den Twaelf gemeethouck, beghonnen van zuyden inne aende brugge: 153 gem. 50 r. 39 gem. 114 r. 83 gem. 8 r. 21 gem. 161 r. 142 gem. 120 r. 59 gem. 8 r. 12 gem. 227 r. 64

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1984 | | pagina 66