Van hem maakt melding Pater Michael Pio, over beroemde mannen, Raissius en anderen.
Over de plaats van zijn begrafenis schrijft bovengenoemde Pater Magister Choquetius: de
beroemde Pater Joannes Agnus, dierbaar aan God stierf nu, gesierd met vele voortreffe
lijke eigenschappen in het jaar 1296 en is begraven onder de blote hemel op ons kerkhof
van de Gentse diocees, zoals ook vele andere mannen, opvallend door hun vroomheid op
dezelfde plaats aan de aarde zijn toevertrouwd: met als gevolg, dat die plaats vroeger al
zeer werd geëerd, waardoor het gebeurde dat de zeer doorluchtige vrouwe Margarita,
zuster van Eduard IV, koning der Engelsen, en laatste vrouw van Karei, hertog van Bour-
gondië en Brabant, en graaf van Vlaanderen (over haar zie blad 29) daar haar graf wenste
te hebben, hetgeen toch haar (ook al had zij zich in zeer hoge mate verdienstelijk ge
maakt voor de diocees, en vele dingen, en zeer belangrijke dingen, bijgedragen en ze be
loofde grotere bijdragen te zullen leveren) is geweigerd door de Paters van die tijd, die het
niet passend oordeelden, dat tussen zovele zeer beroemde en heilige mannen een vrouw
werd bijgezet. Deze eerbied voor de plaats is bewaard met de hoogste inspanning tot aan
het jaar 1578, waarin de Calvinisten, na de broeders te hebben verslagen, zich van de
plaats meester maakten, en (zoals hun gewoonte is heilig met niet heilig te vermengen)
op ditzelfde kerkhof lijken van de hunnen hebben begraven: met als gevolg dat een plaats,
die vroeger zo eerbiedwaardig en heilig was nu niet ten onrechte wegens zo goddeloze as
tamelijk verachtelijk werd.
Pater Joannes schreef, zoals Bunderus getuigt, "Een richtsnoer voor het leven van ieder
Christen", welk werk in de tijd van de beeldenstorm is verloren gegaan, hetgeen wij be
treuren.
Noten:
1G.H.G. von Brucken Fock, een mens van twee werelden 1859-1935, Zeist, 1959.
2. M. Smallegange, Nieuwe Cronyk van Zeeland, Middelburg, 1696, pag. 729.
3. J. Kok, Vaderlandsch woordenboek, Amsterdam, 1785, deel 14, pag. 520.
4. Encyclopedie van Zeeland, Middelburg, 1982, deel 1, pag. 396.
5. A.J. van der Aa, Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden, Gorinchem, 1843, deel 4,
pag. 285.
6. J. Ab Utrecht Dresselhuis, Wandelingen door Zuid- en Noordbeveland, Goes, 1832, pag. 40.
7. F. Nagtglas, Zelandia Illustrata, Middelburg, 1880, tweede deel, pag. 77/78.
8. C. Dekker, Zuid-Beveland, Assen, 1971, pag. 348.
9. Dekker, a.w., pag. 32.
10. Dekker, a.w., pag. 91
11. Dekker, a.w., pag. 344.
12. Bijdragen voor de geschiedenis van het bisdom Haarlem, Leiden, 1908, deel 31, pag. 38 (1359):
"Item geven meester Nicolaes van der Panne consent zijn kercke van Eversdeysdike te permu-
teeren".
13. Archief voor de geschiedenis van het Aartsbisdom Utrecht, Utrecht, 1937, deel 61, pag. 341/342.
(bijdragen verzameld en uitgegeven op last en onder toezicht van Z.H. Exc. den Aartsbisschop),
zie bijlage A.
14. P.J. Meertens, Zeeuwse familienamen, Naarden, 1947, pag. 25.
15. J. Mansion, in Nomina geographica Neerlandica 6, 1928, pag. 89.
16. B.H. Spijkerboer, in Nomina geographica Neerlandica 7, 1930, pag. 135/148.
17. Dekker, a.w., pag. 182 e.v.
18. Dekker, a.w., overzichtskaart achterin.
19. P.J. 't Hooft, Dorpen in Zeeland, Amsterdam, 1944, pag. 23.
20. Als noot 5.
21Gegevens volgens de lijst van beschermde monumenten, gemeente Kapelle.
22. H. Janse, Kerken en torens in Zeeland, Zaltbommel, 1969, pag. 16.
23. Isaak Tirion, Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden; behelzende eene beschrijving
van Zeeland, Amsterdam, 1751, deel II, pag. 291. (herdruk 's Gravenhage, 1969).
24. Als noot 5.
25. E.B. Swalue, Het voormalige Nonnenklooster Jerusalem te Bieselinge, in Zeeuwsche Volksalma
nak 1843, Zierikzee, 1843.
26. Voorlopige lijst der Nederlandsche monumenten van Geschiedenis en Kunst, deel VI, de pro
vincie Zeeland, Utrecht, 1922, pag. 93.
77