R.M. VAN HEERINGEN
latere rechthoekige stenen gebouwtje een paar rijen paaltjes opgetekend en enkele kuilen. Uit een
profiel over de paaltjes bleek dat ze nog net onder de bouwvoor bewaard gebleven waren en dat
ze gedeeltelijk verspoeld waren. In hetzelfde profiel was ook te zien dat de greppels in een tweede
fase met plaggen opnieuw was opgezet. Ook in het oostelijk deel van de put zijn spoelstructuren
waargenomen in het geulsediment met sporen van houtskool en een enkel scherije. De "stroomrich
ting" was noordoost-zuidwest. De paaltjes vertegenwoordigen waarschijnlijk een bewoningsfase die
vergelijkbaar is met die van het oudste niveautje in de berg.
Gedeeltelijk gebruikmakend van de grijze greppel treffen we een onregelmatig rond lopende gracht
aan met een zwarte vulling die doorspekt is met baksteenpuin. De gracht is ca. 4 m breed en reikt
tot een diepte van 1 meter beneden N.A.P. Binnen de gracht bevindt zich een puinveld ter grootte
van 20 bij 12 meter. Het was moeilijk er een gave baksteen in te ontdekken. De maat van de rode
baksteen is 24 x 12 x 6 cm. Ten zuiden van het puinveld is een rechthoekig stenen fundament aanwe
zig met een lengte van 6 meter en een breedte van 4,5 meter. De funderingsdiepte bedraagt 20 cm
- N.A.P. De steenmaat is 26 x 13 x 6 cm. Uit de gracht en uit een kuil kon een hoeveelheid aarde
werk worden geborgen. Voor de volledigheid kan hier vermeld worden dat de latere sloten die op
het terrein voorkomen niet zijn weergegeven (15).
Het aardewerk
De woonniveau's van het bergje en de grijze greppels bevatten zeer weinig aardewerk. In het totaal
konden 109 fragmenten worden verzameld. Alle rand- en oorfragmenten zijn afgebeeld in afb. 6.
In het aardewerk zijn de voor de "bergjestijd" kenmerkende keramiekgroepen te onderscheiden.
Het grootste aantal (46 stuks) behoort tot het pingsdorf-type. Het is gelig dunwandig hardgebakken
aardewerk met een meestal pukkelig oppervlak. Soms is het aardewerk ook donkergrijs tot paars
achtig van kleur (13 x). Op de schouder van de potten zijn roodbruinachtige verfstrepen aanwezig.
Een tweede grote groep wordt gevormd door het grotendeels met de hand gemaakte kogelpot aarde
werk (30 fragmenten) en het dikwijls op het kogelpotaardewerk gelijkende aardewerk van het
paffrath-type (7 fragmenten). Tenslotte komt een groepje hard gebakken grijs aardewerk voor (13
fragmenten). De verschillende baksels zijn in afb. 6 aangegeven met resp. een P, K, A, Pa of G.
Afb. 6 Aardewerk uit sporen afb. 5, 1 en 2. Schaal 1 4. Tekening E.M.C. Koot (ROB).
122