L M. HOLLESTELLE LMz. geval over de Oosterschelde. Om het kasteel lag een brede en diepe slotgracht. Dit komt niet alleen naar voren in de afbeeldingen, maar de lengte van de brug op de plattegrond naar Hildemisse bedroeg zo'n 9 meter. Bij de opgravingen naar het kasteel in 1964 is er niet veel bijzonders gevonden: pijpekoppen en aller lei soorten glas- en aardewerk. Omdat de resten van het voormalige kasteel in een bouwplan waren gelegen had de provinciaal archeoloog J. A. Trimpe Burger niet veel tijd voor een uitgebreid onder zoek. Wel kwam men tot de conclusie dat de gracht rondom het kasteel breed en diep was geweest. Deze was nu volgestort met zeventiende en achttiende eeuws puinsteen (afb. 10). (57) Van der Aa vertelt in zijn Aardrijkskundig Woordenboek dat er onder het kasteel zwaar gewelfde kelders waren die zich ver uitstrekten en "dat uit eene der vertrekken liep een onderaardse gemet selde gang, die in verband stond met het slot Oostende in de stad Goes." (58) Hoe Van der Aa hier aan komt is onbekend. Over het algemeen werden zulke verhalen graag gehoord. Trimpe Burger heeft niets gevonden wat de bewering van Van der Aa aannemelijk kan maken. Het grondwater zou er veel te hoog voor zijn. Epiloog Uit het voorgaande verhaal kunnen we concluderen dat het kleine dorp 's-Heer Hendrikskinderen een mooi kasteel heeft gehad met interessante bewoners en een mooie geschiedenis. Het is alleen jammer dat het kasteel de 's-Heer Hendriksburg of Huis te Werf zo aan "zijn einde" moest komen. Niet alleen Sebastiaan Vadde, de laatste herbergier, is een illusie armer, ook wij! Opgraving naar het voormalige kasteel de 's-Heer Hendriks burg op 4 juni 1964. Foto R.O.B. 66

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1986 | | pagina 68