MR. M.J. DE WITT HAMER, SOCIAAL, RADICAAL EN LIBERAAL, BOUWSTENEN VOOR EEN BIOGRAFIE
Mr. J.G. de Witt Hamer, 1839-1910.
Advocaat en burgemeester v. Goes.
Foto Gemeentearchief Goes.
kopstukken verloren; zo werd Saaijmans Vader
lid van de 2de kamer en Van Voorst Vader was
in 1869 overleden. De openvallende plaatsen
werden vooral gevuld door leden van de opko
mende middenstand. Vooral na de opheffing van
de rechtbank te Goes werd het aantal midden
standers in de raad groter; eigenlijk is het beter
te spreken van kleine fabrikanten, zo waren ze
gegroeid. We noemen hier B.M. de Boer (1871-
1880), B. Quist (1871-1880), C.L. de Meule-
meester (1873), G. v.d. Hoek (1874-1880), J.A.
Bevier de Fouw (1877) en B. v. Asperen Ver-
venne (1876-1880). Woordvoerder, helaas voor
de Goese conservatieven voor maar twee jaar,
was de "coming man" in de politiek Jhr. J.J.
Pompe van Meerdervoort. Wat betreft de greep
der families op de Bevelanden, deze kende alleen
personele wisselingen (64), evenzo het grond
bezit, de polder- en waterschapsbesturen, het
justitioneel apparaat.
4. De Goese verenigingen en Mr. M.J. de Witt Hamer
De coöperatieve bouwvereniging Help U Zelve.
Op 17 september en 20 november 1866 verschenen er in de Goesche Courant ingezonden stukken,
die als titel droegen: Over arbeiderswoningen; ze waren ondertekend door "een vriend der arbei
ders". Gezien de inhoud van de stukken nl. door middel van zelforganisatie op coöperatieve
manier woningen te bouwen, moest de auteur Mr. M.J. de Witt Hamer zijn. In november van
hetzelfde jaar hield De Witt Hamer een lezing over arbeiderswoningen; op deze avond werd een
plan gevormd om een bouwvereniging op te richten. Initiatiefnemers waren: J. de Blok, A. de
Beste, J. v.d. Aerde en C. Hootsmans (65). Doel van de vereniging luidde: "Goede en goedkope
huisvesting te bezorgen" (66). In januari 1867 trad de vereniging in werking onder de naam De
Goesche Arbeidersvereniging; zij telde bij aanvang 16 leden. In de algemene vergadering van 26
maart 1867 werden de vier oprichters tot bestuurders benoemd, daarnaast werden J. Proost, J.J.
de Boer en J. Blok tot commissaris benoemd. De ingelegde gelden werden belegd om kapitaal te
verkrijgen voor het stichten van woningen (67). Bij zijn eerste halfjaarlijkse algemene vergadering
telde de vereniging 42 leden en was er voor 183,— belegd (68). De poging om in 1867 rechts
persoonlijkheid te verkrijgen, noodzakelijk om over te gaan tot het bouwen van woningen,
mislukte, het verzoek werd afgewezen. In 1870 kwam de doelstelling der vereniging ter discussie,
dit door de achteruitgang in ledental en gelden en de reeds genoemde mislukte poging rechts
persoonlijkheid te verkrijgen. Er was een stroming die voorstelde om van de vereniging een steen-
kolenvereniging te maken, en een stroming die stelde dat vastgehouden moest worden aan de
oorspronkelijke doelstelling. De algemene vergadering van 13 juli 1872 besloot tot het laatste (69).
81