A.P. DE KLERK
6. Janse, p. 9.
7. Ibidem, pp. 9, 50-51 en 52.
8. Smallegange, p. 661.
9. Dekker, 1971, pp. 37-40 en 601. Ook: C. Dekker, Resultaten van het historisch-geografisch onderzoek in Zeeland.
In: A. Verhulst en M.K.E. Gottschalk (red.), Transgressies en occupatie geschiedenis in de kustgebieden van Nederland
en België, Gent 1980, p. 103.
10. Dekker, 1971, p. 38. Volledigheidshalve wijzen we hier nog op een enkele mededeling bij Keuning over het verschijnsel
van gereduceerde nederzettingen in Zeeland: H.J. Keuning, L'habitat rural aux Pays-Bas. In: TKNAG, 2e reeks, 55
(1938), p. 646; H.J. Keuning, Het Nederlandsche volk in zijn woongebied. Hoofdlijnen van een economische en sociale
geografie van Nederland, 's-Gravenhage 1947, pp. 199-200.
11. J.P. van Visvliet, Inventaris van het Oud Archief der Provincie Zeeland, II, Middelburg 1878, nr. 963 en III, 1898,
nr. 963. Ook: Fruin, reg. 959. Van Visvliet spreekt eenmaal ten onrechte van 1386.
12. Kok, bijl. 47.
13. Ibidem, bijl. 49.
14. Ibidem, bijl. 69. Gottschalk, p. 134, meldt noch voor 1431, noch voor 1430 stormvloeden in dit gebied. Het ligt dus
voor de hand hier aan al enkele jaren eerder voorvallende overstromingen te denken.
15. Kok, bijl. 61. Deze kerk wel te onderscheiden van die van Klaaskinderkerke, omgeving Brouwershaven. Claeskerke
lag in het Schouwse Zuidland.
16. Ibidem, bijl. 32.
17. Ibidem, bijl. 44.
18. Fruin, reg. 1130.
19. Van der Aa, X, 1847, p. 590.
20. Dekker, 1971, pp. 268-269.
21. R. Fruin, Stukken betreffende den stormvloed van 1530. In: AZG, 1908, p. 152.
22. De Meij, p. 54.
23. De Stoppelaar, nr. 1669. Zie ook nr. 1940.
24. A. Walraven en F.P. Polderdijk, De kuststreek van het Zuidoostelijk deel van Walcheren in vorige tijden. In: AZG,
VII (1893) 3, pp. 298-299. Zie ook: Van der Aa, VIII, 1846, p. 142; De Jonge van Ellemeet, p. 109.
25. J.C. de Man, Vluchtbergen in Walcheren. In AZG, VI (1888) 3, p. 486. Van der Aa, VI, 1845, p. 747, oppert verschil
lende mogelijke oorzaken ten gevolge waarvan de kerk zou zijn verdwenen, zonder de feitelijke toedracht te vermelden.
26. De Stoppelaar; nr. 2292.
27. Pekelharing, pp. 289; 307.
28. Van der Aa, VII, 1846, p. 81. Ermerins, 1, 6e stuk, p. 217.
29. Pekelharing, p. 295. Deze gegevens bevestigen dat de Beeldenstorm vooral de Walcherse kerken trof, en niet of nauwe
lijks die op de andere eilanden. Rogier, II, p. 237. Encyclopedie van Zeeland, 1, Middelburg 1982, pp. 105-106.
30. De Stoppelaar, nr. 2575.
31. J. van Vloten, Middelburgs beleg en overgang 1572-1574Middelburg 1874, p. 12. Westkapelle heet later desolaat
en geruïneerd; een ruïne is dan ook de kerk. K. Baart, Westkapelle, Middelburg 1889, p. 68.
32. De Stoppelaar, nr. 2576; nr. 2578.
33. De Waard, reg. 227.
34. AW Middelburg, nr. 1, fo. 217 reg. 239) (ca. 1572 okt. 15).
35. De Waard, p. 13. Ermerins, 1, 2e stuk, p. 48.
36. H.M. Kesteloo, Domburg, Middelburg 1913, p. 15.
37. De legende van den Geusen Troubele, Leiden 1872, p. 36.
38. B.M. de Jonge van Ellemeet, De verheffing van Amemuiden tot stad, In: VMOVR, V (1907) 4, p. 290. De Jonge van
Ellemeet, pp. 110-115.
39. AW Middelburg, nr. 143 (Reglement 1574 april 21/23), art. 14.
40. De Bruin, p. 22.
41. Van der Aa, VI, 1845, p. 635. Ibidem, VIII, 1851, pp. 74-75. Ibidem, XI, 1848, p. 945; Ibidem, VIII, 1846, p. 552.
Ibidem, X, 1847, p. 590, p. 131. Zie voor Zanddijk ook: Ermerins, 1, le stuk, pp. 13 en 18. Ook p. 21, i.v.m. de
kapel halverwege Zanddijk en Veere. Zie voor Oostkapelle ook: Van der Horst, VI, 1878, p. 448. Ermerins, 1, 4e
stuk, 1782, pp. 113-114, noemt als mogelijk slachtoffer nog de buurt Rikendamme bij Oostkapelle.
42. Te Water, p. 197.
43. De Waard, reg. 255.
44. Ibidem, bijl. 1 reg. 540. Voor een meer literair getinte indruk van de situatie in 1574: J.G. Frederiks, De Zeeuwsche
Nachtegael (1623). In: Oud-Holland, 14 (1896), pp. 19-21.
45. Van der Aa, VI, 1845, p. 488. Vergelijk: L.P. van de Spiegel, Historie van de Satisfactie, Goes 1777, p. 175.
46. Van der Aa, XII, 1849, p. 22.
106
