de nodige wijzigingen nog steeds van kracht is. leidde uiteindelijk tot het sluiten van de begraaf plaats rond onze kerk. Het kerkhof was niet in klassen verdeeld, maar het begraven geschiedde zonder onderscheid van rang of stand. Er werden zelfs geen paaltjes of nummers op de graven geplaatst, .zoodat de tot begraven gebruikte oppervlakte spoedig niet meer van de overige is te onderscheiden, terwijl ook daardoor niet is na te gaan welk lijk op eene bepaalde plaats begraven is". (87) Rond het midden van de vorige eeuw bedroeg het aantal begravingen ongeveer 40 per jaar. Uit de in 1845 opgestelde tarievenlijst weten we bovendien de kosten die aan een begraving verbonden waren. In tabel 14 zijn de gegevens daaruit samengevat. De begraafplaats was en bleef eigendom van de kerk. Niettemin nam de invloed van de burgerlijke overheid gedurende de negentiende eeuw daarop steeds toe. De al genoemde wet uit 1869 stelde een aantal eisen waaraan niet zonder meer kon worden voldaan. Bovendien moesten begraaf plaatsen die op minder dan 35 meter van de bebouwing waren gelegen en schadelijk waren voor de volksgezondheid, worden gesloten. De eerste jaren al werd door gedeputeerde staten verschil lende keren overwogen dat inderdaad te doen. (89) Onder voorwaarde dat de doden uit Nieuwdorp niet langer meer te 's-Heerenhoek zouden worden begraven werd sluiting niet direkt geëist. (90) De burgerlijke gemeente was ingevolge genoemde wet verplicht een algemene begraafplaats aan te leggen. Aan die verplichting kon ook worden voldaan door een klein deel van een bijzondere begraafplaats onder beheer van de gemeente te stellen. Gemeentebestuur en kerkvoogden konden daarover niet tot overeenstemming komen, waarna de gemeente in 1876 een nieuwe algemene begraafplaats buiten het dorp liet aanleggen. Afbeelding 85. Het gietijzeren toegangshek aan de kerkdreef. 137

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1988 | | pagina 139