Art. 9
De koster zal verpligt zijn, buiten en behalve het wekelijksch schoonhouden van de kerk, dezelve viermaal in het jaar, en wel
de week voor iedere Avondmaalsbediening, schoon te laten uitschuren, de glazen te laten wasschen, de kroon en de kandelaars,
alsmede den predikstoel en alle de bogten in de kerk te laten schoonmaken, voor welke werkzaamheden hij jaarlijks uit de
kerkelijke kas zal genieten eene som van twaalf guldens, uit welke som hij zich of de zijnen van de daartoe benoodigde schuur-
materialen zal moeten voorzien.
Art. 10
De koster zal niet vermogen eenige particuliere uitgaven te doen of iets ten behoeve van de kerk te koopen of te laten maken
dan op schriftelijke auctorisatie, door den president kerkvoogd en deszelfs secretaris geteekend, maar echter gehouden zijn
te zorgen dat bij elke kerkeraadsvergadering eenig wit schrijfpapier met de noodige pennen en inkt voorhanden zij. Ook zal
ingeval het een of ander aan de kerk behoorende, hetzij van glazen als anderszints, door den koster of door een van de zijnen
gebroken, verloren of beschadigd wordt, ten zijnen koste moeten hersteld worden.
Art. 11
Eindelijk zal de koster gehouden zijn ten allen tijde, zoo aan den predikant als aan den kerkenraad en het kerkbestuur, zooda
nige diensten te bewijzen als van oudsher in alle gemeenten en hier in deze gemeente gebruikelijk is.
Getrokken uit het door kerkvoogden dezer gemeente gearresteerde reglement, door den president kerkvoogd Anthonij Braam
en deszelfs secretaris Johannes Loen, sub dato 22 februarij 1833 onderteekend.
Vorenstaande reglement is met eenige daarin gebragte vermeerderingen dan ook als reglement des kerkeraads aangenomen,
en van die veranderingen aan den koster en voorzanger kennis gegeven, zijnde alles door hem goedgekeurd, waarom dan nu
de last aan den predikant in het le deel van art. 7 der acte van 17 juli 1.1. volbragt is, en wij als leden van den kerkenraad
der Hervormde Gemeente te 's-Heerenhoek op vorenstaande voorwaarden, met de daarin gemaakte veranderingen mede
erkennen en bij dezen aanstellen tot koster en voorzanger in deze Hervormde Gemeente, den persoon van Pieter Adriaan de
Graag, onderwijzer alhier, om niet alleen de gemeente door het voorlezen van Gods Woord en het besturen van het Gods
dienstig Gezang als anderszints, maar ook den predikant en den kerkenraad te dienen overeenkomstig de daarvan nu reeds
bestaande, of nog te komene kerkelijke wetten.
Zullende een afschrift dezes aan genoemden koster en voorzanger worden ter hand gesteld en door ons. benevens het origineel
in het acteboek vervat, worden onderteekend.
Gedaan in onze kerkeraadsvergadering, gehouden te 's-Heerenhoek den 18 October 1833.
Quod Testamur
M.S. Kompenhans, predikant
Jan Staalvoorzitter
Job Minnaard
Pieter Rijke
J. op 't Hof
Joannis Onderdijk, administrerend
M. Janusse
tezamen uitmakende den geheelen kerkeraad der Hervormde Gemeente van 's-Heerenhoek."
Ouderlingen
Diakenen
189
