tweede paasdag plaats vond. Hoewel de kerkeraad in 1660 besloot voortaan maandelijks te vergaderen, zijn van die vergaderingen bijna geen aantekeningen gemaakt. Zodoende hebben we geen goed inzicht in de gewone gang van zaken in de gemeente gedurende de eerste tien jaren van haar bestaan. Na het overlijden van ds. Stroobant op 8 mei 1667 duurde het ruim een jaar eer zijn opvolger de vacante plaats innam. In het jaar van de vacature was het zeer onrustig in de gemeente. Door de classis was tot .director" aangewezen ds. Lucas Coutrel (ook wel geschreven als Coutreels of Couterelius), sinds 1641 predikant van het nabijgelegen Borssele. Om ons onbekende redenen wilde men hem in 's-Heerenhoek niet hebben, waardoor al direct onlusten ontstonden. Uiteraard bemoeide de classis zich ermee. Verschillende keren werden deputaties gezonden, door wie ,,in loco gearbeyt" moest worden om de beroering te stillen. Toen de gedeputeerden in december 1667 wederom met de kerkeraad vergaderd waren, viel een hele menigte volk, zowel mannen als vrouwen en kinderen ,,de kerke binnen, haer gesamentlijk opposeerende tegen de electie Di. Coutrell, soo dat alles soo confuselijk was toegegaan dat haere komste vrughteloos was afgeloo- pen." Het gevolg was dat ds. Coutrel gehandhaafd bleef maar dat nu spoed gemaakt werd met het beroepingswerk. wat al vlug tot resultaat leidde. (28) Op 23 april 1668 werd Elias Surendonck beroepen en op 24 juni 1668 door zijn broer, ds. Andreas Surendonck. bevestigd. Ds. Surendonck, te Utrecht geboren in 1646. was sinds 1667 conrector aan de Latijnse school te Goes. Nadat hij in 's-Heerenhoek vier jaar als predikant had gewerkt, trouwde hij in mei 1672 met Anna Trouwers, weduwe van de Waalse predikant Johannes Trelicaet of Trelcatius uit Goes. (29) Een in augustus 1673 op hem uitgebracht beroep naar Nisse sloeg hij af; het op 17 mei 1674 herhaalde beroep naar die plaats nam hij aan. Vanuit Nisse vertrok ds. Surendonck in 1678 naar Oud-Beijerland en in 1679 naar Dordrecht, waar hij in 1681 overleed. (30) Hij moet tamelijk welgesteld zijn geweest want in 1672 was hij de hoogst aangeslagene van het dorp in het Hoofd geld. (31) Ds. Surendonck pakte de zaken anders aan dan zijn voorganger. Niet alleen maakte hij van alle vergaderingen notulen, hij deed dit ook veel uitvoeriger dan ds. Stroobant. De misstanden die hij hier aantrof, werden uitvoerig vermeld, waardoor een stukje zichtbaar wordt van het leven van alledag en de gebruiken van de bevolking. Zoals gewoonlijk in zijn tijd zag hij de zonden van de mensen als directe oorzaak van oorlogen, natuurrampen en andere ellende. (32) Heel duidelijk komt dit onder andere naar voren in het nationale rampjaar, tevens bouwjaar van de kerk, 1672, toen ons land in oorlog was met Engeland en Frankrijk. De predikant zag ..de sonden van ons lant. en in het bijsonder van dese plaets als oorsaecken van die rechtveerdige straffen Gods." Naast de maandelijkse bededagen die door de Staten-Generaal waren voorgeschreven en de godsdienst oefeningen op alle maandagen en vrijdagen door de classis ingesteld, besloot de kerkeraad voortaan ook meer acht te geven op leven en wandel van de gemeente, ,,ten eynde de hittecheyt van des Heeren toorn over ons niet en kome." Het is opvallend dat een predikant die wel uitgebreid allerlei gewoonten en misbruiken van zijn gemeenteleden in het aktenboek vermeldt (hiena worden daar enkele voorbeelden van gegeven), met geen woord rept over het bouwen of gereedkomen van het kerkgebouw. Het moet voor de gemeente toch een groot moment geweest zijn voor het eerst over een eigen kerk te kunnen beschikken, niet alleen vanuit stoffelijk oogpunt gezien, maar mede ..in consideratie nemende dattet seer betamelijck is dat den statelijcken godtsdienst des grooten Godts van den Hemel in een eerlijcke plaatse werde gepleecht". zoals de kerkeraad in 1668 aan de Staten van Zeeland schreef. (33) Ook de keuze van de bijbeltekst voor de predikatie bij de ingebruikneming van de kerk in augustus 1672 laat duidelijk zien dat men het gebouw niet slechts uit materieel oogpunt belangrijk vond, maar er duidelijk een echt ..huis van God" in zag. Deze tekst. Genesis 28. 35

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1988 | | pagina 37