Tabel 10. Samenvatting van het door J.H. Reijgers opgemaakte bestek met bijbehorende ramingen
voor de uit te voeren werken aan kerk en pastorie.
Art.
Omschrijving van de werken
Kosten
KERK
1
Wegbreken portaal en herstellen van een moerbalk
43,21
2
Plaatsen nieuw binnenportaalkozijn met deuren
45,95
3
Plaatsen nieuw buitenportaalkozijn met deuren en betimmeringen
121,85
4
Overige werken voor een nieuw buitenportaal
204,51
5
Ondersteunen van de stijlen der dakruiter
6,09
6
Herstelling van de muurplaten
38.42
7
Vernieuwing van het dak en de goten
1.056.46
8
Maken van 10 nieuwe ramen
327.60
9
Maken van een koker voor de klokgewichten
43.65
10
Herstellen voegwerk en reparatie van scheuren in muren, binnen
en buiten
98,20
13
Buitenschilderwerk aan de kerk
50.-
Totale kosten aan de kerk
2.035.94
PASTORIE
11
Vernieuwen van de schuur
448.42
12
Leggen van een nieuwe vloer
58.50
Totale kosten aan de pastorie
506,92
Kosten aan kerk en pastorie samen
2.542,86
..Bazewinst en -loon, 15 pr.c"
381,30
Totaal-generaal
2.924,16
Een volledige en tot in details nauwkeurige vergelijking van het werk dat volgens de begroting van
Proos uitgevoerd had moeten worden met het door Reijgers voorziene werk is niet mogelijk omdat
bij Proos een werkomschrijving ontbreekt. Beperken we ons tot de werken aan de kerk, dan kunnen
we niettemin toch belangrijke verschillen constateren. In de eerste plaats ging Proos uit van het
vernieuwen van de voorgevel, zonder buitenportaal, en het maken van een venster in die gevel.
Reijgers' plan daarentegen omvatte het geheel vernieuwen van het buitenportaal en het repareren
van de voorgevel.
Het volgende belangrijke verschil tussen beide plannen is het binnenwerk van de kerk, waarvoor
Proos een bedrag van liefst 683,— raamde. Gezien de specificatie van de materialen, waaronder
ruim 475 m2 vurehouten delen van 2 cm dik, moet daarbij ook een houten plafond of gewelf
geweest zijn. Bij het plan van Reijgers beperkte het binnenwerk zich tot het herstellen van een
moerbalk, het ondersteunen van de dakruiter, het maken van een binnenportaalkozijn en het maken
van een gewichtenkas, waarvan de gezamenlijke kosten, inclusief 15% winst, op 148,24 werden
begroot. Een derde opmerkelijk verschilpunt wordt gevormd door het aantal nieuw te maken
houten ramen voor de vensters in de zijgevels: Proos raamde er 8, Reijgers 10. Zowel in het bestek
als in de begroting van laatstgenoemde is geen onderscheid gemaakt tussen het aanbrengen van
nieuwe ramen in bestaande vensters en het bijmaken van geheel nieuwe vensters, wat, met de
gemetselde bogen erboven, zeker geen kleinigheid is.
De vraag is dus nu: waren er vóór de restauratie in 1832 in elke zijgevel vier of vijf vensters? Voor
het oplossen van dit vraagstuk hebben we de volgende vaststaande feiten:
78