Omdat de aanbesteding op 22 maart inderdaad zeer voordelig was afgelopen, zagen kerkvoogden hun kans schoon om ook het zo zeer gewenste plafond te realiseren. Bovendien, zo rekende men. kon van het bedrag van 650,dat nu van de verkregen subsidie resteerde, ook nog wel een nieuwe consistorie worden gebouwd. Dit laatste werd begroot op 325, de „becentering" op 427,samen dus 752,Het tekortkomende bedrag van 102,kon men dan wel uit eigen middelen bijpassen. Het provinciaal college van toezicht, aan wie deze plannen werden voor gelegd, besliste voorlopig afwijzend, gezien ..den erkenden behoeftigen toestand der gemeente en de achterlijkheid der kerkelijke administratie" in het geregeld betalen van de rente der lopende schulden. Nochtans liet men kerkvoogden vrij om voor de verlangde werken bestek met begroting ter goedkeuring in te zenden. Pas als zou blijken dat de administratie zou zijn verbeterd en de tekortkomende som van 102,zonder bezwaar van de gewone uitgaven kon worden opgebracht, zou het verzoek in gunstige overweging genomen worden. (56) Vooral aan de laatste voorwaarde zal wel moeilijk te voldaan geweest zijn. Kerkvoogden lieten dan ook een eenvoudiger plan uitwerken, zodat de kosten zouden blijven binnen het totale subsidiebedrag en het werk zonder bezwaar voor de gemeente uitgevoerd kon worden. Tevens werd toestemming verzocht voor het houden van een onderhandse aanbesteding vanwege de hoge kosten die een openbare aanbesteding meebracht. Die kosten waren weliswaar voor rekening van de aannemer, maar werden door hem natuurlijk wel in de prijs doorberekend. (57) Uiteindelijk kreeg men in augustus toestemming van het resterende subsidiebedrag van 650,een nieuwe consistorie te bouwen en de kerk van een houten gewelf te voorzien, onder voorwaarde dat de werken openbaar zouden worden aanbesteed. (58) In de Middelburgsche Courant van 30 augustus 1832 werd de advertentie geplaatst waarvan de tekst op bijlage 3 is opgenomen. De aanbesteding vond plaats op zaterdag 8 september, wederom in de herberg te Nieuwdorp. Evenals bij de vorige aanbesteding waren er ook nu twee inschrijvingen, namelijk van: J.W.J. Hiljaam te Middelburg met een bedrag van 890,—, en van Marinis Proos te Nieuwdorp met een bedrag van 645,Afmijning vond nu niet plaats; het werk werd aan Proos toegewezen voor het ingeschreven bedrag. (59) Afbeelding 45. Een deel van de steunconstructie van het houten gewelf, bij de afbraak van de kerk in 1985. 85

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1988 | | pagina 87