M.J. LE CLERCQ
Sloop en verbouwing van de voormalige strafgevangenis te Goes ten behoeve van de R H.B S. aan de Albert
Joachimikadeafbeelding uit de Zeeuwsche Editie van het weekblad Groot-Rotterdam. 1932.
Collectie Gemeentearchief Goes.
Vreemd was ook dat de meisjes met de voornaam en de jongens met de achternaam werden
aangesproken. In de cijferboekjes van de docenten waren de namen als volgt vermeld: A.W. Duvekot,
G.A. Kegge (Truida). L. Mesu, Ma.La. de Roo (Miep). Als de directeur dan een lijst met namen van
leerlingen moest oplezen gebeurde dat met de volgende benaming: Duvekot. meisje Kegge, Mesu,
meisje de Roo. Als meisjes voor het eindexamen slaagden en inmiddels achttien of negentien jaar waren
werden ze nog toegesproken met „meisje" als voornaam.
Voor elke les een andere leraar was natuurlijk ook wel even wennen. De manier van lesgeven was van
leraar tot leraar opmerkelijk verschillend wat voornamelijk kwam doordat de ene categorie docenten
voortkwam uit het lager onderwijs en de andere zo kersvers van de universiteit zijn pedagogische
krachten in Goes ging beproeven met alle gevolgen van dien.
Dikwijls is me in mijn latere leven gevraagd wat die Goese HBS toch wel voor een school was. Dat
kwam doordat Annie M.G. Schmidt in interviews blijk had gegeven niet bijster enthousiast te zijn
geweest over deze onderwijsinstelling.
Mijn antwoord was steevast dit„een keiharde leerschool waar je heel veel leerde voor zover het de
verplichte leerstof betrof en waar je heel weinig leerde buiten de leervakken"
Zo waren er geen schoolkrant noch schoolclub of sportdagen. Zodra leerlingen enig initiatief
ontplooiden in die richting werd dat niet door de schoolleiding gestimuleerd want dat was maar
nutteloze poespas. Natuurlijk speelde het ontbreken van enig verband tussen de leerlingen, verspreid
over heel Zuid- en Noord-Beveland. een rol waardoor het initiatief beperkt bleef tot enige zwakke
pogingen van eerstejaars.
In de periode 1935-1940 waren er verscheidene strenge winters met langdurig uitstekend ijs op de
Goese singels, maar van ijsvrij of ijsschoolwedstrijden was geen sprake. De verleiding was natuurlijk
groot om 's middags na schooltijd een poosje te gaan schaatsen maar die lust verging je verder wel als
je de andere dag van de leraar meetkunde Ir. H. Oliemans) te horen kreeg dat het beter geweest was om
maar meteen je huiswerk te gaan maken in plaats van je tijd te verdoen met dat stomme schaatsenrijden.
Het harde leerproces werd zelfs zo hoog opgevoerd dat er geen tijd was voor spreekbeurten; zulk soort
8