J.W. MINNAARD werden onder andere rangnummers. Wanneer hiervoor gecorrigeerd wordt, resteert voor 1828, 163 gemeten 51 roeden (zie ook figuur 3) voor de totale Moolhoek, hetgeen globaal overeenkomt met het totaal oppervlak van 64 ha.67 are.33 ca. volgens de OAT (21). Een voorbeeld van een perceelsgewijze computeruitvoer per regel, zoals hierboven genoemd, is in figuur 8 weergegeven voor perceelnummer B-94. de enige hofstede die de Moolhoek gedurende de periode van 1596-1910 rijk was. Pas na 1910 ontstonden meer bebouwde percelen in de Moolhoek. Deze middeleeuwse hofstede, net buiten de kerkring van het dorp Sinoutskerke, is ook weergegeven op de kaart van Hattinga. In de OAT vinden we hem vermeld als Huis Erf (perceel B-94) met bijbehorende Tuin (perceel B-95). In 1855 valt de boerderij waarschijnlijk door ouderdom, wellicht versterkt door de crisis in de landbouw, onder de slopershamer. Het perceel staat dan te boek als weiland (perceel B-338) en blijft onbebouwd tot 1891, wanneer de boerderij „Poelzicht" erop gebouwd wordt (22). Het perceelnummer wordt dan B-352. Op de kadastrale hulpkaart Sectie B. nr. 35 van mei 1921, waarop de toenmalige plattegrond van perceel B-352 en de boerderij „Poelzicht" zijn weergegeven, is de plattegrond van de middeleeuwse hofstede (hulpkaart Sectie A en B in een blad. nr.6. 16 mei 1855) bijgetekend (gestippeld). 7 Figuur 9. Plattegrond en opname van de boerderij Poelzicht 56

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1990 | | pagina 58