G. VAN DER WAL - M. PETIT maar stinkende walm was er voldoende. Bar en boos moet het in die tijd, zeker voor de armsten, geweest zijn om in Goes te wonen. Die "armsten" vormden overigens geen kleine groep binnen Goes, 49% van de toenmalige bevolking behoorde tot deze gemeenschap. Om een schets van de Goese bevolking verder in te kleuren kan er nog opgemerkt worden dat 28% van de armsten (dit is ongeveer 14% van de totale bevolking) van de bedeling moest leven. Een leefomstandigheid die de dood nog net buiten de deur hield maar het verlangen ernaar welig deed tieren. Een situatie waaruit menigeen poogde te ontsnappen. Het drankmisbruik was in die tijd dan ook groot. Tenslotte moest er aan het leven nog enige zin gegeven worden. Een zin die moeilijk te vinden was in een omgeving die voor velen niet meer dan slechte woon- en arbeidsomstandigheden te bieden had. Een wereld waarin één op de twee kinderen het eerste levensjaar niet overleefde. Een wereld waarin lichamelijke misvorming, ziekte en kinderarbeid even gewoon was als de aardappel: het enige voedsel voor de dagelijkse kost. De leefomstandigheden waren slecht, de werkweken waren, voor hen die werk hadden, lang. Het loon was karig en bij ziekte geheel afwezig. Werken tot je erbij neer valt, zal dan ook voor menigeen die werk had de achterliggende gedachte geweest zijn. Het gezinsinkomen kon immers geen cent missen. Dat er inderdaad mensen door deze houding een te vroeg einde vonden is boven alle twijfel verheven. De economische activiteiten van Goes (en Zeeland) waren in deze tijd voornamelijk gericht op werkzaamheden in de landbouw en de handel. De industrie was nauwelijks ontwikkeld. Toch was het in deze, - toen nog -, onvolgroeide bedrijfstak dat het "arbeidersbewustzijn" zich het sterkst ontwikkelde en later overging in een "organisatiebewustzijn". De aanzet. Bij de arbeiders van de laarzenfabriek (2), eigendom van dhr. Larsen, begon het idee te ontstaan dat het vertrekken uit Goes vanwege het barre leefklimaat, slechts een van de mogelijkheden was. Een andere mogelijkheid zou het vechten voor betere leef- en arbeidsomstandigheden kunnen zijn. Molen op de Westwal. Een romantisch beeld van Goes omstreeks 1880. (foto: GA-Goes) 66

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1994 | | pagina 68