1 April! A.J. BARTH - L.J. MOERLAND We verlaten Kapelle en begeven ons naar Wolphaartsdijk, in de jaren zestig nog een zelfstandige gemeente aan de vooravond van geweldige ontwikkelingen. Niet alleen was in 1961 het Veerse Meer ontstaan, dat ook Wolphaartsdijk in de sfeer van de recreatie bracht, maar ook dreigden reeds de donkere wolken van de Zuid-Beveland omvattende herindeling van gemeenten, die per I januari 1970 zijn beslag kreeg. Toen de nieuwe burgemeester kennismaakte met de wethouders, deelde één ervan mee, dat hij blij was dat het niet mistte. Op de verbaasde vraag van de nieuwe ambtsdrager waarom hij zo blij was, antwoordde de wethouder, dat het college, ingeval zich sollicitanten voor onderwijzer moesten aandienen, altijd bad of het helder zicht mocht blijven. Het kostte zeer veel moeite geschikte sollicitanten te krijgen en toen men eens een goede verwachtte, weigerde deze een benoeming. De dichte mist had Wolphaartsdijk dermate troosteloos gemaakt, dat de sollicitant halsoverkop teruggegaan was. Het gemeentehuis van Wolphaartsdijk, met op de achtergrond de molen, (fotoGA-Goes) Met de intrede van de burgemeester verliep overigens ook niet alles naar wens, want toen deze met zijn echtgenote scheep was gegaan bij de Zandkreekdam naar de Wolphaartsdijkse haven toe, moesten hij en zijn echtgenote de schoenen uitdoen, zo zuinig was de booteigenaar en na aankomst en verwelkoming bij de haven in een open auto richting dorp, sloeg op een gegeven moment een paard op hol, dat voor de stoet ging uitdraven als wou het 's burgemeesters aankomst aankondigen. De raadsvergaderingen kenmerkten zich door een gemoedelijke sfeer. Het was meer een dorpsfamilieraad: een burgemeester, een secretaris, twee wethouders en vijf raadsleden om een vierkante tafel. De secretaris schreef niet alleen de officiële notulen van de vergadering, maar ook meteen het verslag voor de P.Z.C.. 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1995 | | pagina 18