A.J. BARTH - F.H. DE KLERK De Zuid-Beveland gemeerd aan de Grote Kade in het laatste kwart van de negentiende eeuw. We vatten de draad op in het jaar 1855. Er voeren toen beurtschippers met zeilschepen op Amsterdam. Gouda, Rotterdam, Dordrecht. Bergen op Zoom, Middelburg en Zierikzee, althans daarvoor waren concessies verleend. In 1854 was de Goessche Maatschappij van Stoom- en Zeilvaart opgericht, die in 1855 een schroefstoomschip in de vaart bracht, de Stad Goesdat in geregelde beurtdienst ging varen op Rotterdam.(70) De maatschappij verkreeg daartoe concessie. Het leidde tot opheffing van het beurtveer met en zeilschip. In de jaren voorafgaand en korte tijd er na beleefde Goes nog een korte periode van internationale handel. Vanuit Drammen, in Noorwegen, werd rechtstreeks hout aangevoerd ten behoeve van de plaatselijke houtzaagmolen. In 1857 besloot het gemeentebestuur geen concessies meer te verlenen voor het onderhouden van beurtdiensten. Het beurtveer op Middelburg was namelijk door het overlijden van de schipper vervallen. Burgemeester en wethouders constateerden dat de beurtveren op Gouda, Dordrecht, Bergen op Zoom en Zierikzee de facto waren vervallen, omdat de reglementen op die veren niet binnen de termijn, bepaald in de gemeentewet, waren herzien. Wij kunnen wel aannemen, dat deze veren in de praktijk niet meer functioneerden. Het college meende, dat de organisatie van de veren niet meer bij de plaatselijke verordening behoorde te worden geregeld, zoals in het verleden het geval was. doch bij wet. Bovendien achtten burgemeester en wethouders het recht van uitsluitende vaart, een monopoliepositie van de beurtschippers, nadelig voor de handel, de industrie en de inwoners van de gemeente, hiermede aangevend, dat het economisch "laissez faire, laissez passer", inmiddels ook op lokaal niveau voelbaar was geworden. In de raadsvergadering van 24 december 1857 stelde het college voor de vaart van en naar Goes over te laten aan de vrije concurrentie.(71) De gemeenteraad besloot conform het voorstel van het college. De vaart werd aan de vrije concurrentie overgelaten. 38

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1995 | | pagina 40