AJ. BARTH - F.H. DE KLERK
21. A.S.G. inv. nr. 675, fol. 68v-69r. Ordonnantie voor de schippers, z.j. (tweede helft vijftiende eeuw).
22. A.S.G. inv. nr. 2539, stuk nr. 3. Ordonnantie betreffende verkoop van grof zout te Arnemuiden. 1525 mei 15.
23. A.S.G. inv. nr. 680, fol. 70v-71r. Akten van 1567 november 21, december 27. Zie ook A.S.G. inv. nr. 679, fol. 77r.
Akte van 1568 augustus 24.
24. A.S.G. inv. nr. 676, fol. 67r-68r. Ordonnantie, z.j. (eind vijftiende eeuw): 56 keten, 43 eigenaren.
A.S.G. inv. nr. 678, fol. 169r-209v. Inspectieverslagen van de zoutketen, 1558-1565: 81 keten, 36 eigenaren.
25. A.S.G. inv. nr. 677, fol. 44r-45v. Ordonnantie voor de arbeiders in de zoutketen. 1566 september 3. Art. III.
26. Zie bijvoorbeeld A.S.G. inv. nr. 676, fol. 207v. Vonnis van baljuw, burgemeesters en schepenen van Goes betreffende
een meningsverschil tussen enkele Doornikse zoulkopers over de kwaliteit van zout uit Goes. Bedoelde kooplieden
komen ook voor in Unger, Tol Iersekenoord, blz. 405, 408, 432, 433, 436, 441.
Het vonnis is gedateerd: 1518 april 10 juni 30.
27. Verz. Keetlaer, voorl. inv. nr. 3475, fol. 41r-42v. Akte z.j. (begin zestiende eeuw).
28. A.S.G. inv. nr. 676, fol. 204r. Akte van 1537 juli 17. Eerder al was aan Vlaamse kooplieden het recht vergund om
door eigen personeel schepen te laten laden en lossen, als die in Goes kwamen. Omgekeerd wilde Goes dan ook in die
Vlaamse plaatsen dit recht.
Zie A.S.G. inv. nr. 676, fol. 201r. Akte van 1511 augustus 18.
29. Verz. Keetlaer, voorl. inv. nr. 3475, fol. 70r-71r. 1547 augustus 24. De Gentenaren waren: Jan van IJgen, Jan de
Groete, Lieven Scoemaker, Jan van der Vinck, Rieven van Crobrugghe, Rieven de Moer, Rieven van Ouwegen,
Willem Mentien, Geerolff Hendricks en Rieven de Zalver.
30. A.S.G. inv. nr. 676, fol. 204v. Akte van 1544 juni 13.
31. In 1969 werd in de gemeenteraad serieus overwogen om tot demping van het hele kadegebied over te gaan, ter betere
ontsluiting van het noordelijk deel van de stad. Op de plaats waar eens turf- en zoutschepen afmeerden wenste men
parkeerplaatsen aan te leggen. Behalve dat het bovengenoemde gevecht aldus op een oneerlijke wijze door zand en slib
gewonnen zou zijn, zou een parkeerplein Turfkade tegen alle historisch besef ingegaan zijn. Gelukkig keerde bij de
meerderheid van de raadsleden op tijd dit besef terug.
32. A.S.G. inv. nr. 678, fol. 32v. Ordonnantie z.j. (circa 1560).
33. A.S.G. inv. nr. 676, fol. 184r. Ordonnantie van de poortier. 1563 november 29. Art. II, V, VI.
34. A.S.G. inv. nr. 679, fol. 80r-v. Ordonnantie voorde schippers. 1567 augustus 18, vernieuwd 1571 augustus 8.
35. Beekman, Dijk- en Waterschapsrecht, blz. 1351
36. A.S.G. inv. nr. 667, fol. 21r-22r. Ordonnantie van het stellen van de zeebakens. Z.j. (circa 1580). fol. 66r-67v.
Herhaling van deze ordonnantie. Z.j. (circa 1594).
37. In 1632 werd een heel uitvoerige tarieflijst opgesteld voor alle scheepssoorten die eventueel de Goese haven aan
zouden doen. Men onderscheidde de volgende soorten:
boyers, gaffelaers, bereken, smalschepen, heuden, damlopers, turffponten, seuyen, ganckboorschuytte, kage, drooge
schepen en schuyten, codtschuytte, pleytte, Drimmelaer ofte cromsteven, ront- of smal craveelschip, waterschip,
schuytte. (N.B. Sommige types staan in enkelvoud genoemd).
Zie A.S.G. inv. nr. 677, fol. 22v-23r. Ordonnantie op de verhuring van het bakengeld. Z.j. (circa 1580). fol. 67v-68r.
Herhaling van deze ordonnantie. Z.j. (circa 1594). fol. 68r. Tarieflijst van het bakengeld. 1632 augustus 9.
38. Abelmann, Bolwerken, blz. 167-171.
39. A.S.G. inv. nr. 681, fol. 8v-12r. Ordonnantie voor beurtvaart. Z.j. (circa 1675). Art. I.
40. A.S.G. inv. nr. 2402. Octrooi 1650 november 18.
41. A.S.G. inv. nr. 11, Resoluties 1645 januari 2, april 28.
42. A.S.G. inv. nr. 12, Resoluties 1651 oktober 9, 1652 april 22.
43. A.S.G. inv. nr. 1807, fol. 5r-v. Verkoopconditiën 1651 januari 16. Fol. Ir. Resoluties 1650 november 11.
44. A.S.G. inv. nr. 12, Resoluties 1650 november 25, december 7 en 11.
45. A.S.G. inv. nr. 1807, fol. lv-3v. Resolutie 1651 januari 2. Fol. 4r-v. Bestek 1651 januari 3.
46. A.S.G. inv. nr. 800, fol 36r. Rekening 1651.
47. A.S.G. inv. nr. 1807, fol. 6r-7v. Resolutie 1651 januari 30.
48. A.S.G. inv. nr. 679, fol. 302v. Bekendmaking van 1651 juli 15.
A.S.G. inv. nr. 800, fol. 38r. Rekening 1651.
49. A.S.G. inv. nr. 12, Resoluties 1651 oktober 6.
50. A.S.G. inv. nr. 12, Resoluties van 1651 juli 11, december 27.
A.S.G. inv. nr. 800, fol. 37v. Rekening 1651.
51. A.S.G. inv. nr. 1795, nr. 8. Bestek van 1652 augustus 6.
52. A.S.G. inv. nr. 1808, fol. 8r-9r. Bestek van 1652 april 30.
53. A.S.G. inv. nr. 12, Resoluties van 1652 oktober 12.
54. A.S.G. inv. nr. 1795, nr. 11. Bestek van 1653 mei 1.
55. A.S.G. inv. nr. 12, Resoluties 1654 mei 30.
56. RJ. Bouwman, Uit de geschiedenis der Landbouwonderneming De Wilhelminapolder,
in: Archief Zeeuwsch Genootschap, 1944, 1945, Middelburg, 1945.
57. Ook in Goes stierf een groot aantal militairen, dat op een aparte plaats van het kerkhof werd begraven. In de
volksmond ontstond daarvoor den naam Britsenkerkhof, of Britsjeskerkhof. Zie A.J. Barth, e.a., Goese straatnamen.
Alphen aan den Rijn, 1986.
8. C.L.M. Lambrechtsen, De stichting van het Goesche Sas, 1809-1819, in: Verslag omtrent den toestand der gemeente
Goes over het jaar 1885, Goes, 1886.
59. A.S.G. inv. nr. 2408.
60. vgl. noot 58.
61. A.G.G. 1930-1969, inv. nr. 2018.
44
