L.J. MOERLAND en W.P. DEN TOOM omdat het daar lekker warm is. Dit laat hij zich geen twee keer zeggen en even later ligt hij op het warme plaatsje. Dan beginnen Nele en Jan tot aan de morgenstond hele gesprekken te voeren. Als ze eindelijk uitgesproken zijn, draait Jan zich om en probeert Grete te grijpen. Na een hevige worsteling weet deze uit het bed te springen, terwijl ze uitroept, dat hij maar naar de andere kant moet grijpen. Jan voegt het woord bij de daad en begint met Nele te stoeien. Of ze wat bedreven hebben, kan Grete echter niet zien. Of het geworstel en gestoei nog gevolgen heeft gehad voor Jan Marcuszoon weten we niet. (RAZE, 1571, Fol 250 verso) RUZIE OM HOUT Op 24 augustus 1549 gebeurt er heel wat op de Grote Markt in Goes. Daar zijn Geert Jans en Comelis alias Ruter Nees slaags geraakt, doordat Geert Cornelis toebeet, dat hij een rabauw en een houtdief was. Daarop slaat hij Cornelis met zijn vuisten op zijn hals en lichaam. Hierna trekt hij hem aan zijn broek en schreeuwt hem toe, dat Comelis hem zijn toegezegde hout moet leveren. Gebeurt dit niet dan zal Geert Cornelis wel eens in het hart steken. Cornelis alias Ruten Nees ontkent echter enig hout aan Geert te moeten leveren en omdat hij hierover niet wil vechten, vlucht hij het huis van Cornelis de Waecker binnen. Voor dit huis begint Geert een geweldige stampij te maken. Hij wil het huis in om Ruter Nees achterna te gaan. De toegang wordt hem belet door Cornelis de Waeckere. Even later is Ruter Nees naar buiten gekomen. Hij gaat naar Geert Jans toe, die nog steeds staat te wachten. Hij vraagt hem waarom hij van Geert niet op straat mag komen. Hij stelt voor om naar het huis van Hugen Camp te gaan om daar de zaken uit te praten. Samen gaan ze op weg. Echter in dit huis krijgen ze opnieuw ruzie. Nu blijkt, tot overmaat van ramp, dat Geert Jans een scherpe priem bij zich heeft, waarmee hij naar Ruter Nees begint te steken. Hij doet dit zo fel, dat hij bijna de tabbert van Ruter Nees zijn lichaam trekt. Ruter Nees verzet zich hevig en de tabbert scheurt van onder tot boven open. Daarop hebben Huge en Ruter Nees Geert, die zich hevig verzet, het huis uitgewerkt. Deze begint buiten opnieuw te schelden en om zijn hout te roepen. Krijgt hij het niet, dan dreigt hij weer Ruter Nees '"t herte af te steken" Daarna druipt hij af. Of het nog tot vervolging van Geert gekomen is, vermeldt de historie niet. (RAZE, 1571 fol. 243v-244r). HET SNOEIEN VAN ZILVEREN MUNTEN Het blijkt dat Willem Janse van Houtert in Goes zijn geld met scheppen uitgeeft. Men vertrouwt het niet en hij wordt opgepakt en men gaat op onderzoek uit. Daarbij komt van alles aan het licht. Op Pinksterdag 1710 komt hij bij de zilversmid Pieter Coomans om vijf dozijn zilveren knopen te kopen voor ongeveer 15 gulden. Hij betaalt met vier Zeeuwse rijksdaalders en twee ducatons. Daarna komt hij nog met de vraag of de smid zilverstof kent. deze antwoordt daar bevestigend op. Door deze manier van vragen krijgt de smid echter argwaan en weegt de gekregen munten. Deze blijken allemaal veel te licht te zijn, de rijksdaalders 1 schelling en de ducatons 9 stuivers per stuk. Daarop besluit de smid het 32

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1997 | | pagina 34