L.J. MOERLAND en W.P. DEN TOOM De baljuw eist, ondanks haar jeugdige leeftijd, een zware straf voor Adriana. Ze moet gegeseld worden, gebrandmerkt, verbannen en de proceskosten betalen. De verdediging gooit het op haar jeugdige leeftijd en dat ze onder slechte invloed heeft gestaan van Hendrik van Cuijk, die haar aanzette tot deze diefstallen. De verdediger verzoekt daarom om clementie. Haar leeftijd zal wel een rol hebben gespeeld, want burgemeester en schepenen veroordelen haar tot tentoonstelling voor het stadhuis met roeden(2) in de arm, verbanning voor altijd en ze mag de proceskosten betalen. (RAZE, 1575, fol. 103) 2. Roede is in de oude betekenis een stok of staf, die dient als symbool van het rechterlijke gezag. 38

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1997 | | pagina 40