Beetwortel- en meekrapalcohol uit Goes en omstreken 1853-1860. Inleiding A.J.P. SAAIJMANS VADER CIE EN HAAR BRANDERIJ "MERCURIUS" TE GOES Wie aan jenever denkt, denkt aan Schiedam. In voorgaande eeuwen was Schiedam niet de enige plaats in Nederland waar jenever gestookt werd, het Noordhollandse Weesp stak Schiedam naar de kroon, terwijl ook in steden als Rotterdam/Delfshaven, Delft etc. jenever gestookt werd. Het betrof dan echter altijd graanjenever. In de negentiende eeuw werd echter ook van aardappelen, beetwortelen/suikerbieten) en meekrapwortelen alcohol gestookt. Tussen 1835 en 1850 bloeiden de aardappeljeneverstokerijen in met name Groningen, Noord-Brabant, Limburg en het Hollands-Gelderse rivierengebied; of er ook in Zeeland dergelijke bedrijven zijn geweest heb ik tot nu toe niet kunnen achterhalen.In de jaren vijftig begonnen op verscheidene plaatsen in Nederland ondernemers alcohol uit beet wortelen te stoken. Dit is niet te verwarren met de melassespiritus (spiritus=alcohol) door de suikerbietfabrieken als restprodukt gefabriceerd./1) In 1855 richtte een Goese ondernemer een beetwortelbranderij op, een van de eerste in Nederland. Branderij "Mercurius" Daarnaast waren er ook plannen om te Goes en in de directe omgeving uit meekrap wortelen alcohol te stoken. Of deze "jenever" echt smaakte is onbekend uitgezonderd een opmerking gemaakt in 1856 door een belastingambtenaar. Wettelijke bepalingen Beetwortelbranderijen hadden net als de branderijen die graan gebruikten zich te houden aan de wet uit 1822 op het binnenlands gedistilleerd, vervangen door de wetten van 1855 en 1862. In de wet van 28-12-1855 nr. 103 werd het begrip branderij 5e klasse omschreven. 39

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1997 | | pagina 41