VEERBOTEN EN TRAMS IN HANSWEERT VEERBOTEN EN TRAMS IN HANSWEERT TOT 1940 door J. KOK De roeiboot en Hoogaars van weleer zijn uitgeroeid tot dubbeldekkers in het heden: was: Vlake-Hansweert-Walsoorden Hoedekenskerke; werd: Kruiningen-Perkpolder. Dit is één van de twee PSD-veerdiensten, die alom in den lande grote bekendheid genieten. Nu varen gerieflijke dubbeldekkersveerboten vanaf Zuid-Beveland in 20 minuten over de Westerschelde naar Zeeuwsch-Vlaanderen. Twee schepen onderhouden een halfuurs- dienst. Er is een heleboel gebeurd sinds de periode dat de veerdienst is ontstaan en 1968 toen de eerste dubbeldekker tussen Kruiningen en Perkpolder ging varen. De PSD- veerboten hadden tot 1943 hun vertrekplaats in Hansweert. Er wordt ook enige aandacht geschonken aan de situatie in Hoedekenskerke omdat daar een aanlegplaats was van de veerboten naar/van Hansweert. Een kijkje in de geschiedenis van de veerdienst Zuid-Beveland - Zeeuwsch-Vlaanderen, die langer dan één eeuw wordt uitgevoerd. 1. Het zeilende beurtveer (tot 1865). Het recht van veer tussen Hansweert en Zeeuwsch-Vlaanderen was destijds verbonden aan de ambachtsheer van Kruiningen. In 1521 werd van dit recht gebruik gemaakt. Er werd dagelijks gevaren indien er passagiers waren. Met windstil weer ging de overtocht per roeiboot. Bij voldoende wind ging men zeilend met de Hoogaars de Westerschelde over. In 1521 bestond ook het beurtveer Hans weert-Antwerpen. Verder heeft ook het "binnenveer" Hansweert-Kruiningen nog bestaan; kleine schuitjes waarmee goederen werden vervoerd. Het verliep allemaal niet daverend. In 1658 waren deze drie veren niet in exploitatie. Echter in 1748 was er weer sprake van het veer Hansweert-Walsoorden. In Hansweert was bij de vertrekplaats een logement gebouwd. "Het Oude Veerhuis" heeft tot 1980 aan de Westerscheldedijk gestaan. In verband met de Deltawerken werd het toen gesloopt. Ambachtsheer P.L. de Tavel ontving in 1795 26 Vlaamse ponden aan huur voor het veer en het veerhuis. In 1807 werd het veer aan Jac. Griep verpacht voor 48 guldens per jaar. In 1827 werd Job van Burg als commissaris bij dit veer benoemd. Veerman Griep rekende in 1828 voor het overzetten van één reiziger 50 cent en een groep reizigers moest 5,— betalen. In 1830 overleed ambachtsheer De Tavel. De heer W. Prins uit Amsterdam werd de nieuwe ambachtsheer van Kruiningen. Eén jaar later was er geen commissaris meer bij dit veer. In 1828 werd de veerdienst Vlissingen-Breskens geopend en in 1850 de stoombootdienst Vlissingen-Terneuzen. In 1854 werd de ZEEUWSCHE MAATSCHAPPIJ VOOR STOOMVAART opgericht met als directeur de heer D. Dronkers en als administrateur trad de heer J.J. de Kanter op. Deze onderneming kreeg op 8 juli 1854 de concessie voor de veerdienst Terneuzen-Hoedekenskerke. Deze dienst werd één maal per dag uitgevoerd en op zondagen werd er niet gevaren. In 1855 wilden deze ondernemers deze dienst uitbreiden met de lijn Hoedekenskerke-Hansweert-Walsoorden. Deze dienst kwam er niet. In 1858 waren Gedeputeerde Staten van Zeeland wel bereid te bezien of deze stoombootdienst kon worden geopend. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1997 | | pagina 7