36 straf is overgegaanhoe tot nu toe zonder vermeer dering van het aantal der misdaden die straf sedert eeni- gen tijd in Nederland niet meer wordt uitgevoerd hoe dit zelfs geschiedt nu, terwijl geene andere speciale straf daarvoor is in de plaats getredenals wij het oog slaan op den rustigen aard van het Nederlandsche volkde veiligheidwaarin de maatschappij verkeert en de onbetwistbare gemakkelijkheid, die in ons vader land bestaat om gevaarlijke misdadigers onschadelijk te makenzonder hen van het leven te berooven, dan ver- meenen wij als onze overtuiging te mogen uitspreken dat de tijd gekomen is om in Nederland uit de rij der straffen de straf te doen verdwijnendie alléén kan ge- regtvaardigd worden zóólang zij voor het behoud der maatschappij noodzakelijk is. 't Welk doende enz. Het uitvoerend bestuur van het Zeeuwsch genootschap der wetenschappen (Get.) A. A. FOKKER, voorzitter. it J. E. de STOPPELAAR, secretaris Middelburg, 18 December 1863. 37 BIJLAGE II. De Minister van Justitie, Gezien den bij Zijner Majesteits appointement van den 22 December jl. n°. 5 op hem verstrekten last betrekke lijk het aan Hoogst Dezelve door het uitvoerend bestuur van het Zeeuwsch genootschap der wetenschappenna mens dat genootschapingediend adreswaarbij wordt gewezen op de wenschelijkheid van de opheffing der dood straf in Nederland; Geeft den adressanten te kennen dat de in voormeld adres aangevoerde gronden bij eene aanstaande herziening der Nederlandsche strafwetgeving een onderwerp van ern stige overweging zullen uitmaken. 's Gravenhageden 31 December 1863. De Minister voornoemd (get.) OLIVIER. AFSCHRIFT. Ministerie van Justitie. 1®. Afdeeling. N°. 158.

Tijdschriftenbank Zeeland

Jaarverslagen en naamlijsten KZGW 1817-1906, 2018 - heden | 1865 | | pagina 19