40
wetenschap daardoor het meest is gebaat. Wij wijzen
slechts op de nagenoeg volledige verzameling van inland-
sche vogelsnog onlangs naar het systeem van prof.
Schlegel gedetermineerd en op voor ieder bevattelijke
wijze gerangschiktop de eveneens bijna voltallige
collectie der in de Zeeuwsche wateren levende visschen
op die der molluskencrustaceën enz.
Maar niet alleen Zeelands Fauna is er zooveel moge
lijk vertegenwoordigdook zijne Flora wordt er niet ge
mist. Met het op kosten des genootschaps aangelegde
en bijna voltooide Plerbarium der op het eiland Walche
ren in het wild groeijende plantenis de grondslag ge
legd eener volledige Flora van Zeelandin welke alle
deelen der provincie achtereenvolgens hunne plaats zullen
vinden.
De kennis van den bodemde voor dit gewest zoo
hoogst belangrijke en tot nu toe (in vergelijking met an
dere provinciën) maar al te zeer verwaarloosde geologie
heeft ook in het Zeeuwsch genootschap der wetenschap
pen een ijverigen beoefenaar gevonden. Het heeft maat
regelen beraamddat steeds een waakzaam oog zoude
worden gehouden op de fossielenwelke bij het graven
van het kanaal door Zuid-Beveland mogten worden ont
dekt en heeft zich in betrekking gesteld met al de be
sturen der gemeenten in de provinciewaar zoogenaamde
vlugt- of vliedbergen thans nog bestaan, ten einde bij
de soms plaats hebbende afgravingen niets verloren zoude
gaanwaarbij dit gewest uit een antiquarisch of geolo
gisch oogpunt eenig belang zou kunnen hebben. In het
41
voormalig vijfde district der provincie heeft het nog voor
weinige jaren een plaatselijk onderzoek door eene commis
sie uit zijn midden doen instellen naar den bodem van
het gehucht de Kauter, hetgeen tot de ontdekking heeft
geleid eener noch door diluviaal zand, noch door allu
viale gronden bedekte oppervlaktemaar van eenen vas
ten bodembehoorende tot de tertiaire formatiezoo als
tot nu toe nergens in Nederland is aangetroffen.
Meer dan eens heeft het Genootschap ten behoeve der we
tenschap den eersten stap gedaan en rekende het zich
gelukkigdoor zijnen invloed nuttige zaken te kunnen
tot stand brengen. Zoo werd reeds in het jaar 1856
door zijne tusschenkomst te dezer stede voor Zeeland eene
commissie in het leven geroepen tot het doen van mete
orologische waarnemingen op den oceaan en hoe moeije-
lijk dit ook viel uit eigen fondsen van de noodige
instrumenten voorzien.
Met die weinige punten onder Uwe aandacht te bren
gen vleijen wij ons genoegzaam te hebben aangetoond
eensdeels dat het Genootschap zijner roeping is getrouw
geblevenanderdeels dat het niet is verflaauwd in ijver
en werkzaamheidmaar dat het steeds is voortgegaan op
den goeden weg en met betrekkelijk geringe krachten veel
ten nutte der wetenschap in en voor Zeeland heeft ge
daan.
Meer echter ligt er nog voor de hand en groot is de
omvang der taak die van ons op hare vervulling wacht.