70
v
BI. 20, (24). Die verklaring luidde als volgt: „Inwoners
„van Walcheren, gij zijt Franschengeroepen om deel te ne-
„men aan het lot van 40 millioenen inwoners, die zich ver-
hoovaardigen om door den grootsten monarch der wereld
„geregeerd te worden, zult gij onder zijne almagtige bescher-
„ming de vruchten smaken van zijn scheppend en levendig
makend vernuft."
BI. 22, (25). Dit praalgraf was oorspronkelijk opgerigt op
last van de Staten van Zeelandin de oude- of St. Pieters
kerk en voltooid in 1688. De inlegering in die kerk van de
Engelschen in 1809 heeft aanleiding gegeven dat aldaar vele
zaken vernield of beschadigd zijn en opdat het gedenkstuk
voor de Evertsens voor verder verval bewaard zoude blijven
is het op 's konings bevel verplaatst naar de nieuwekerk.
BI. 22, (2G). Zij is afzonderlijk, en niet onder de werken
van het genootschapuitgegeven onder den titelRedevoering
uitgesproken byj de plegtige onthlooting van Tiet herstelde praatgraf
der luitenant-admiralen van Zeelandde gebroeders Jak en Cornelis
Evert sen in de nieuwekerk te Middelburgop den 18 van Len
temaand MD CC CXVII1, door J. de Kanter Philz., lector inde
wis-, natuur- en sterrekundelid en secretaris van het Zeeuwsch ge
nootschap der wetenschappen enz., te Middelburg bij S. van Bent-
HEM 1818.
BI. 22 (27). Redevoering voorn., bl. 46.
BI. 23 (28). Tot de in deze eeuw bekroonde en uitslui
tend op Zeeland betrekking hebbende verhandelingen behooren
die van
A. Schraver. Over de uitloozing van het landwater uit het
eiland van Walcheren. Nieuwe verhandelingen van het Zeeuwsch
genootschap der wetenschappen, le d., bl. 135)
P. E. Perrenoud. Over de ontlasting van de armenkassen
in Zeeland ten aanzien van de bedeeling van een aantal armen.
'Nieuwe verhandelingen, als boven, le d., bl. 112);
Over de Dea Burorinaop een ouden steén te
Domburg gevonden. {Nieuwe verhandelingen, als boven, le d.,
bl. 253)
*T. Speleveld. Over de verhooging door opslikking van de
Middelburgsche haven en van het kanaal Weizingen. {Nieuwe
verhandelingen, 2e d., bl. 3);
A. Caland. Over het nut der afgezaagde palen-hoofden en
71
de beste wijze van verdediging der*Zeeuwsche stranden. {Nieuwe
verhandelingen3e d.)
J. ab Utrecht Dresselhuis. Over de godsdienstleer der
aloude Zeelanders. {Nieuwe werken van het Zeeuwsch genootschap
der wetenschappen2e d., le at.; bekroond in 1842)
E. B. Swaltje. Over de heldendaden der Zeeuwen gedurende
den opstand tegen Spanje tot aan den Munsterschen vrede.
(In 1845 met zilver bekroond doch niet onder 's genootschaps
werken opgenomen)
A. A. Eokker. Onderzoek naar den aard van de epidemi
sche ziekten die vroeger in Zeeland geheerscht hebben. (Be
kroond in 1860).
Bl. 23 (29). De gedenksteen draagt het volgende opschrift:
TER G-EDACHTENIS
VAN
HADBIANUS JUNIUS
DOOR ZIJNE GELEERDHEID
EEN SIERAAD DER XVIe EEUW
EN IN DIT KERKGEBOUW BEGRAVEN.
HET ZEEUWSCH GENOOTSCHAP
BEK WETENSCHAPPEN
MDCCCXLII.
Bl. 23 (30). Daartoe aangezocht benoemde het genootschap
nog in 1856 eene commissie voor het verzamelen van weerkun
dige waarnemingen ter zee. Kostbare werktuigen werden daar
toe aangeschaft, maar de voortdurende kwijnende gesteldheid
van onze weleer te Middelburg zoo bloeijende scheepvaart,
heeft de commissie niet in staat gesteld om eenig teeken van
leven te geven en heeft tot hare feitelijke ontbinding geleid.
Bl. 24, (3I). Ook in deze eeuw ontbrak het niet aan bij
dragen in geld, die konden belegd worden. Behalve de aan
zienlijke reeds vermelde giften van koning Bodewijk en van
Willem Iontving het genootschap den 22 October 1806 eene
som van 600 van den directeur mr. B. Nebbens van Cle-
verskerke oud-bewindhebber der W.-I. comp. te Middelburg
den 7 December 1807 een legaat van 500 van wijlen het lid
D. van de Wijnpersse, A. L. M., theol. et phil. doctor en
oud-professor phil., astr. et mathes. te Leidenterwijl de no
tulen van 13 October 1851 alsnog een legaat vermelden van
100 van wijlen jhr. mr. J. C. Schorer van de Souburgen.