57
tot
een du-
Opgezette vogels.
van Karel IV en
gouden en
De verzameling opgezette vogelsgrootendeels mlandsche
onder toezicht van den conservator den heer E Ermcrins
verkeert in voldoenden toestand, ofschoon bij sommige de
hoornachtige bek, bij andere de vastheid van den vederen-
dosch door ouderdom min of meer geleden hebben. Enkele
een tweetal
schutterspenning van het St. Jorisgilde te Veere;
penning der Middelburgsche schutterij
verguld zilveren schutterspenning van het St. 8e-
en op de
de bekende Zeeuwsche familie de
De verzameling werd voorts vermeerderd met
een gedenkpenning op de verheffing van Willem IV
erfstadhouder in 1747
dien der bisschoppelijke hiërarchie in Nederland 1853
een
een
een
bastiaansgildeop de eene zijde het gildewapen
andere het wapen van
Huybert.
De aanwinsten van munten door geschenken of door aan-
koopen bepaalden zich hoofdzakelijk tot de volgende exem
plaren
een gouden dukaat van Spanje, een gouden reaal van
Gelderland (van der Chijs XXIV, n°. 1), een halve gei
den reaal van Hollandeen Philipsdaalder van Gelderland
(ander exemplaar dan v. d. Chijs n°. 13) een halve dito
(voorzijde als v. d. Chijs n°. 15, keerzijde als n°. 16), u
vijfde Philipsdaalder van Braband (in 1566 te Antwerpen
geslagen en niet beschreven bij v. d. Chijs) een Enge -
sche groot uit den tijd van Elisabeth, alle te Kapellc
gevonden en door den heer H. K. Persant Snoep ten ge
schenke gegeven.
Voorts een Spaansche piaster
katon van 1759.
De heer P. A. Platteeuw te Atjeh zond
looden munten van Atjeh.
,emplaren worden dan ook zooveel mogelijk achtereen-
vtd^ens door nieuwe vervangen, o. a. een zeemeeuw, een
pegaaiduikereen schollevaer, een waterral en een zilver-
ensche fazant. De verzameling is voorts vermeerderd
met den zoogenaamden wespendief, een roofvogel, op Wal
cheren geschoten.
Sommige dier exemplaren werden bereidwillig en kosteloos
voor de verzameling opgezet door den heer kapitein R. J.
van Hooijdonk te Vlissingen.
Het genootschap zag zich in de gelegenheid gesteld,
,Pue collectie dienstig te kunnen doen zijn in meer uit
schreiden kring. Bij het in werking treden der wet van
den 25 Mei 1880, volgens welke sommige voor land
bouw of houtteelt nuttige dierenmeest vogelsvoor altoos
of gedurende zekere maanden des jaars, zoowel als hunne
aten en eieren behooren beschermd te worden, achtte
het bestuur het eene nuttige zaak, die vogels, waarvan
de meeste bij onze landlieden en hen, die met de uitvoe-
g der wet belast zijn, niet bekend zijn naar den in de
wet aangegeven naam, voor een ieder ter bezichtiging te
stellen.
Door de welwillende bemoeiingen van de heeren E. Ermerins
en dr. J. C. de Man werd van die vogelen op vier markt
een gedurende de maand Januari 1881 eene tentoonstel-
g gehouden, in een der vertrekken van het raadhuis,
Ike vrij druk is bezocht geworden.
Dit leidde tot een later van het hoofdbestuur der maat
schappij tot bevordering van landbouw en veeteelt in de
provincie Zeeland ingekomen verzoek, om diezelfde ver
zameling ter zijner beschikking te stellen tijdens de in
Juni te Goes te houden algemeene vergadering dier maat-
schappijten einde haar ook aldaar ten toon te stellen,
an dat verzoek is met het meeste genoegen voldaan. Be
hield hoofdbestuur heeft vooraf de verzameling met een ze-
ventiental eenigzins beschadigde of ontbrekende exemplaren
56