76 77 zijne tijdge. eere van de kom rijst kroon draagt nu Vloten van Haarlem, lid van het ge- eene voordracht aan de geschiedenis der Zeeuwsche ro- dichteres Elisabeth Wolft', geboren Bekker genootschap een met het bijeenverzamelen dere uitvoering van plan zou zorgen. Be bemoeiingen dezer commissiewaarvan de heer A. Smitburgemeester van Vlissingenhet eere-voorzitter schap en mr. G N. de Stoppelaarsecretaris van het Zeeuwsch genootschap, het voorzitterschap bekleedde, zijn met eenen gunstigen uitslag bekroonddank zij vooral den onvermoeiden ijver van dr. Dyserinck, secretaris der commissie, en de welwillende medewerking zoowel van het gemeentebestuur van Vlissingen als van velen die de com missie door eene geldelijke bijdrage of anderszins hebben king had op dezen Vlissingschen dichter en nooten. Het genootschap stond daarvoor tijdelijk af de in zijne verzameling voorhanden gedichten waarvan vele in hand schrift alsmede verschillende portretten zoo van hem zelven als van sommigen zijner tijdgenooten en beschermers. Het portret in olieverf, in 1782 geschilderd door Cuijlenburi; en eigendom van het genootschapheeft gediend tot model der op dien gedenksteen geplaatste buste. Gelijke medewerking verleende het genootschap voor het tot stand komen van een gedenkteeken ter eere van Betj Wolff en Aagje Deken te Vlissingen, Buiten de rij der gewone winterbijeenkomsten had wijlen dr. J. van nootschap, alhier den 18 Maart 1880 gehouden, gewijd manschrijfster en waartoe directeuren en leden met hunne dames waren uit- genoodigd. Door velen bij gewoondwerd deze voordracht met de meeste belangstelling gevolgd. Spreker eindigde haar met eene opwekkingom pogingen aan te wenden ten einde in Vlissingenhare geboorteplaatseen gedenkteeken te doen verrijzen ter eere van gemelde Betje Wolff, wier gezamen lijk met Agatha Deken geschreven romans der vaderlandsche letterkunde tot onverwelkelijke eer strekken. Op het initiatief van dr. Johs. Dyserinck verklaarde zich een vijftal ingezetenen van Vlissingen bereid om met ge lijk aantal uit de directeuren en leden van het Zeeuwsch comité te vormendat zich zou belasten van gelden en dat voor de ver liet door dr. van Vloten aangegeven ondersteund. Het gedenkteeken, geplaatst in eene der nieuwe wijken van Vlissingen, en bij het uitbrengen van dit verslag na genoeg voltooid, zou worden onthuld op den 24 Juli 1884, den dag waarop voor anderhalve eeuw Elizabeth Bekker te Vlissingen geboren werd. Het stelt voor eene bronzen monumentale fontein; aan de eene zijde van het vierkant voetstuk prijkt de bronzen buste van Betje Wolff en aan den tegenovergestelden kant die van Agatha Deken; beide zijn uitnemend geslaagd naai de bekende portretten, die gevoegd zijn bij de uitgaaf der Fabelen.” De twee andere vakken zijn voorzien met de opschriften «Nationale Hulde aan Elizabeth Wolff'geb. Bekker, en Agatha Deken, 24 Juli Vlissingen 1884,” en de namen van eenige werkenuit beider pen gevloeidn Sara Burgerhart, Willem Leevend, Economische liedjes, Brieven en Liedjes voor het Vaderland.” Op het voetstuk rust de kom der fontein, versierd met acht leeuwenkoppendie door eene afzonderlijk aangebrachte leiding het water doen stroomen in het reservoir, dat eene middellijn heeft van 7 M.uit het midden van eene slanke kolomwelker bovengedeelte een met vier leeuwenkoppenuit wier geopende muilen ook door eene afzonderlijke leiding het water neerstort. Door de vijf meter hooge hoofdpijp eindigende in genoemde kolom, spuit het water omhoog.

Tijdschriftenbank Zeeland

Jaarverslagen en naamlijsten KZGW 1817-1906, 2018 - heden | 1884 | | pagina 40