79 78 Eene der meest belangrijke commissiën schap is zonder twijfel de commissie het behoud en het bekend maken De sedert 1876 opnieuw uit den boezem van het ge nootschap opgerichte commissie voor de meteorologie op de,. Oceaan, van welke dr. H. Japikse zich met het secre tariaat heeft belast, heeft in de laatste jaren weinig in het belang der meteorologie kunnen uitrichten. Is dit eensdeels toe te schrijven aan het feit, dat de hoop op verlevendiging van de scheepvaart alhier, bij den aanleg der grootsche waterwerken, zich niet heeft verwe zenlijkt en het aantal zeilschepen voor de groote vaart, ook van hier varende, belangrijk is verminderd, ander deels moet het ook geweten worden aan de weinige belang stelling in het doen van waarnemingen bij de gezagvoerders der schepen die van hier uitzeilden. Alleen de heer A. K. Zweede, gezagvoerder van het fregatschip //Burgemeester Schorer,” verklaarde zich bereid in het belang der meteorologie werkzaam te zijn en onder scheidene waarnemingen omtrent barometerstandtemperatuu en windrichting op de door hem volbrachte reis gedaan, zijn achtereenvolgens bij de commissie ingekomen. van het geuoot- tot het opsporen van de overblijfselen van kunst en oudheid in Zeelandop welker bestaan de com missaris des konings in Zeeland andermaal, even als in 1874bij circulaire van den 21 Januari 1881 (prov. blad no. 14)de aandacht der gemeentebesturen in die provincie heeft gevestigd. Na het overlijden van dr. A A. Lokker werd in 1879 tot voorzitter der commissie benoemd de heer E. Nagtglas, terwijl de opengevallen plaats van lid werd aangevuld door de benoeming van mr. Gr N. de Stoppelaar. Bij het vertrek van den heer Nagtglas uit deze gemeente heeft jhr. mr. A. van Reigersberg Versluijs zich met het voorzitterschap be last, terwijl mr. de Stoppelaar, in afwachting van de be noeming van een nieuw lid, tijdelijk het secretariaat der commissie heeft aanvaard. Het vertrek van den heer Nagtglas, die van de oprich ting der commissie af eerst haar secretaris, daarna haar voorzitter wasis voor de commissie een zeer groot verlies. Als leiddraad voor de verdere werkzaamheden heeft hij eene zeer uitvoerig bewerkte alphabetische lijst achtergelaten van al de merkwaardige oudhedenin de provincie Zeeland nog aanwezig. De in het vorig jaarverslag besproken herstellingen aan de uitnemend fraaie door Rombout Verhuist gebeitelde tombe van Hieronimus van Tuijll (overleden 1669) in de kerk te Stavenisse, op Tholen, zijn afgeloopen. De grafkapel, waarvan het vervallen gewelf de tombe dreigde te verplet teren, is door den beeldhouwer J. G. den Hollander op zeer voldoende wijze in haren alouden staat hersteld. Het gedenkteeken is door de zorg van mevrouw de weduwe baronesse van Tuijll van Serooskerke voorzien van een doelmatig ijzeren hek, teneinde het voor alle verdere be schadiging te vrijwaren. Diezelfde beeldhouwer is belast met de restauratie van het fraaie insgelijks door Rombout Verhuist gebeiteld grafmonument der familie Thibaut, te Aagtekerke, waartoe kerkvoogdenmet eene geldelijke tegemoetkoming van wege het genootschap, onlangs besloten hebben. De commissie is in overleg getreden met het gemeente en kerkelijk bestuur van St. Maartensdijk (Tholen)over den toestand waarin het koor der kerk aldaar verkeert om te trachten de bijna geheel vernielde grafsteenen van kloris van Borssele (a°. 1420), Cornells Liens (a°. 1610) en andere, zooveel dat nog doenlijk zal zijn, te herstellen. Ook de gedenkteekenen in de schoone St. Jacobskerk te Vlissingeno. a. dat van den vermaarden Jan Lam- hrechtsen Gooienvorderen eene restauratieterwijl ten de graftombe der Evertsen, te Middelburg, eenige

Tijdschriftenbank Zeeland

Jaarverslagen en naamlijsten KZGW 1817-1906, 2018 - heden | 1884 | | pagina 41