NAAMLIJST NESTEN EN EIEREN 80 ge- April 1884. veranderingen wenschelijk zijn, waarover met de verschil lende kerkbesturen zal onderhandeld worden. Torenvalk. Uil. Koekoek. Huiszwaluw. Dakzwaluw. Torenzwaluw. Specht. Duimpje. Bloedkneu. Grasmusch. Fitis. Spotvogel. Groote karekiet. Kleine karekiet. Nachtegaal. Roodstaartje. Roodborstje. Bruinkeeltje of Paapje. 1. Falco Sp. 2. Strix (flammea 3. Cuculus canorus. 4. Hirundo rustica. 5. Hirundo urbica. 6. Cypselus apus. 7. Picus viridis. 8. Troglodytes europaeus. 9. Sylvia atricapilla, 10. Sylvia cinerea. 11. Phylloscopus trochilus. 12. Phyllopneuste hypolais. 13. Calamoherpe turdina. 14. Calamoherpe arundinacea. 15. Luscinia luscinia. 16. Luscinia phoenicura. 17. Luscinia rubicula. 8. Praticola (saxicola) rubetra. G. N. DE STOPPELAAR. Secretaris. Hiermede gelooven wij alles getrouwelijk te hebben mede gedeeld wat in het afgeloopen vijfjarig tijdvak kan ge zegd worden tot de werkzaamheden en lotgevallen van het genootschap te behooren. Mogen met den geest des tijds ook de eischen der tenschap zijn veranderd en hare grenzen aanmerkelijk uit gebreid, toch zal, maar alléén door krachtige samenwerking en warme belangstelling van directeuren en leden het nootschap daaraan in menig opzicht kunnen voldoen. VAN We- VAN VOGELS, DIE IN ZEELAND GEBROEID HEBBEN. UEBEHOORENDE AAN HET ZEEUWSCH GENOOTSCHAP DER WETENSCHAPPEN Zie bladz. 58 van het verslag.

Tijdschriftenbank Zeeland

Jaarverslagen en naamlijsten KZGW 1817-1906, 2018 - heden | 1884 | | pagina 42