Ill 110 den heer J. Schenkel van den heer W. J. Schenkel van het lid Ten slotte zij vernielddat de in deze verzameling aan wezige microscoop van Zacharias Jansen in 1891 ten be hoeve van eene te Antwerpen gehouden tentoonstelling van microscopie werd opgezondendoor het bestuur der tentoon stelling werd bij de terugzending aan het Zeeuwsch genoot schap eene herinneringsmedaille met diploma aangeboden (zie bladz. 77). lepel en een kogel uit Atjeh te Middelburg. 1887. Een Japansch muntstukje en eenige muntstukjes van de kust van Guinea, van den directeur F. A. Frederiks; een stel Siameesche munten, van den heer H. P. den Bouwmeester te Middelburg; het model van eene Ceylonsche prauw met tegenwicht tegen het omslaan van denzelfde een stukje bamboes, waarop een brief in het Bataksch, van den heer J. A. Kamerman te Deli; eenige gesmolten kralen uit den brand te Paramaribo in 1823van de dames van der Horst Serie te Middelburg eenige voorwerpen uit Canada afkomstig, als: een zadel hij de Cowboys in gebruikeen Indiaansche kruithoorn of kruitzak een paar lederen schoenen van bijzonder maaksel een paar sneeuwschoenenvan den heer M. I. I. Sprenger uit Canada. 1888. Twee conversatieboekjes, een almanak en een kom pas uit Japan, eene kaart van Hakodati en eene van Yoko hama, van den directeur F. A. Frederiks; een doek van een Atjeher met een bos sleutelsbuit gemaakt en geschonken door den heer H. Cadet te Amster dam een stukje houtmet het wapen der familie van Goens de letters G. v. G. B en het jaartal 1662, gevonden bij de inneming van den kraton te Atjeh, van te Middelburg een inktpot en twee scheermessen uit Algiers jhr. mr. J. W. C. de Jonge van Ellemeet. 1889. Een dertiental gepolychromeerde beeldjes, voorstel lende kleederdrachten uit Engelsch-Indië benevens een stel Japansche speelkaartenvan het lid J. A. Kruyt. 1890. Een groote en een paar kleine lansen, benevens een Chineesch eettoesteluit de collectie Goemans (bladz. 55/56) Ethnographische verzameling. Bij de geleidelijke uitbreiding dezer verzameling, welke vroeger op slecht verlichte gangen en portalen gebrekkig gehuisvest wasbestond reeds lang het voornemen haar een afzonderlijk lokaal in te ruimen. Door de overbrenging naar het nieuwe gebouw was het mogelijk dit denkbeeld te verwezer lijken zoodat het kabinet thans een zelfstandig geheel vormt. Onder de leiding van haar nieuwen conservatorden heer F. A. Frederiks werd de verzameling opnieuw gerangschikt I en geïnventariseerd. De volgende aanwinsten vallen te vermelden. 1885. Journaal van zommig voorvallen in de voyagie van de E. Heeren Pieter de Goyen en Jacob Keyzer, am bassadeurs aan de Grootmachtige keizer van Chyna en Tar- taryen in de jaren 16551656 en 1657met teekeningen in waterverfvan het lid E. J. W. Koch vier lansen van de Daj akkers op Borneobenevens een photographisch portret van een Daj akker in oorlogskostuum van mej. C. H. Hamakers te Middelburg; eenige palmbladen met een manuscript in het Tamilsch (Ceylon)volgens prof. dr. H. Kern een fragment bevattende vermoedelijk van een philosophisch geschrift, geschenk van wijlen het lid mr. M. Verbrugge. 1886. Een fragment van een uit hout geweven stofaf komstig uit Otaheitevan het lid H. K. Persant Snoep een fragment van een onderzeeschen telegraafkabel, een Chineesch vouwbeeneen suikerlepeltjeeen Indische rijst-

Tijdschriftenbank Zeeland

Jaarverslagen en naamlijsten KZGW 1817-1906, 2018 - heden | 1893 | | pagina 60