noodig
aan
van
Art. 34.
De leden, die te Middelburg wonen, betalen eene jaar-
lijksche contributie van vijf gulden.
Art. 32.
De secretaris geeft aan de nieuw benoemde leden te
spoedigste schriftelijk kennis van de benoeming met toezen
ding van een exemplaar der wet.
Art. 33.
De benoeming aannemende ontvangen zij liet bewijs van
lidmaatschap benevens een exemplaar van het verslag der
laatstgehouden vijfjarige algemeene vergadering met de naam-
lijst der directeuren en leden, den catalogus der bibliothee
en de gedrukte inventarissen der overige verzamelingen va
het genootschapvoor zooverre die voorhanden en niet in
den handel zijn.
Art. 35.
Zij worden opgeroepen tot de vergaderingen van directeu
ren, in de artt. 11, 18 en 19 vermeld, en hebben aldaar
mede zoowel raadgevende als beslissende stem.
Art. 36.
Zij hebbenbehoudens hunne na te melden verplichtingen
dezelfde rechten als de directeuren behalve het gratis bekomen
der werkendie door het genootschap worden uitgegeven
welke evenwel tegen verminderden prijs voor hen verkrijg
baar zijn. Hiervan is uitgezonderd het door het genoot
schap uit te geven Archiefwaarvan hun een exemplaar
kosteloos wordt verstrekt.
Art. 37.
Aan de leden, die buiten Middelburg, doch binnen het
Rijk wonenwordt bij hunne benoeming de keuze gelaten
of zij de contributie van vijf gulden jaarlijks aan het ge
nootschap al of niet willen voldoen.
Art. 38.
De leden bovenbedoeld zich bereid verklaard hebbende
gezegde contributie jaarlijks te betalen, bekomen kosteloos
een exemplaar van al de werkenna hunne benoeming door
of van wege het genootschap gedrukt en uitgegeven.
Art. 39.
De leden buiten Middelburgdoch binnen het rijk woon
achtig worden, ofschoon ten allen tijde bevoegd om de ver-
van het genootschap en zoo zij contribueeren
de directeuren bij te wonenechter alleen tot
van Maartzoo noodig na beraadslagingworden aangevuid
met den naam van een of meer andere personen, die vóór
31 December aan het bestuur opgegeven, echter niet op
die lijst zijn geplaatst.
Het daartoe strekkende voorstel mag alleen worden gedaan
door hemdie dezen persoon had opgegeven.
Art. 29.
De benoemingbij welke men zich aan gezegde lijst van
aanbeveling zal moeten houdengeschiedtzoo noodig na
beraadslagingmet gesloten briefjes.
Art. 30.
Om tot lid te worden benoemd moet men twee derden de
stemmen van de aanwezenden op zich vereenigen.
Art. 31.
Ook directeuren kunnen wegens bijzondere verdienste
jegens het genootschap op voorstel van het bestuur ten allen
tijde door directeuren en contribueerende leden tot lid wor
den benoemd.
gaderingen
ook die van
de algemeene vergaderingen opgeroepen.
Art. 40.
De ledendie niet langer wenschen als zoodanig te
worden aangemerkt, geven daarvan schriftelijk kennis
den secretaris vóór den eersten December; bij gebreke
dien blijven zij ook voor het volgende jaar aan alle hunne
verplichtingen als lid onderworpen.
VIII
IX