54
waarde; het geheel is geplaatst in een hangkastje op de
ouderwetsche kamer.
Door wijlen mr. G. N. De Stoppelaarden schenker van
's Genootschaps gebouwen mevrouw de weduwe De Stoppe
laarvan Eys was bij testamentaire beschikking bepaald
dat het Zeeuwsch Genootschap uit de nalatenschap van den
langstlevende hunner zou verkrijgen alle in die nalatenschap
aanwezige aandeelen in geldleeningen ten laste van het Ge
nootschap. Mevrouw de weduwe De Stoppelaar heeft ge
meend reeds tijdens haar leven aan deze bepaling uitvoering
te moeten gevenzoodat zij na het overlijden van haar
echtgenoot in 1899 aan den thesaurier des genootschaps 17
aandeelen, groot 100 elk, ter hand stelde.
Mejuffrouw Johanna Levina Plugge, overleden te Middel
burg 17 November 1899, legateerde aan het Genootschap
onder den last van levenslang vruchtgebruik ten behoeve
van haren vader, den heer P. C. PWffe:
1°. voor het museum
een groot vuurscherm met Japansche zijde en
het geschilderd portret van wijlen prof. dr. P. O. Plugge;
2°. voor de ouderwetsche kamer:
een door de erflaatster geteekende schilderij (teekenlap).
De heer Vincent Doosjes te Sneek heeft bericht, dat
door hem aan het genootschap zijn gelegateerd
1° gezangen van Bellamy, 1785, met eigenhandige op
dracht door den schrijver aan Francina Baane;
2U een eigenhandig door Bellamy geschreven gedicht
//Aan Pillis";
3J een eigenhandig door Bellamy geschreven gedicht
//De Naamen";
41 een met de pen geteekend medaillonportret van
Francina Baane;
55
5° medaillon-portretten van Bellamy en Francina Baane
6" een brief van A. Deken, mede-onderteekend door
C. Bekker, wed. Wolf en gericht aan A. Doosjes Pz.
Door de conservatrice Mej. M. G. A. de Man is in 1898
in "bruikleen aan het genootschap afgestaan eene haar toebe-
hoorende, sedert vele jaren bijeengebrachte, belangrijke ver
zameling ornamenten en andere kleine oudheden, gevonden
nabij de oude begraafplaats te Domburg.
Yan de provincie Zeeland werden in bruikleen ontvangen
de duplicaten der kaarten van Hattinga.
In de jaren 1750 tot 1753 zijn door de ingenieurs D.
W. C., A nth, en W. F. Hattinga verschillende kaarten ge
teekend van de provincie Zeeland en van hare onderdeelen,
welke thans in het Rijksarchief alhier berusten. Yan deze
kaarten bestaan bovenbedoelde duplicaten, alle bewaard in
houten met glas voorziene ramen en thans geplaatst in het
lokaal der Zeelandia illustrata. Zij zijn 10 in aantal, te
weten
1° kaarte van de Provintie Zeeland door D. W. Carel
en Anthoni Hattinga, a" 1753;
2° kaarte van het oostelijk gedeelte van Schouwen en
Duivelant a° 1752;
3°. kaarte van het westelijk gedeelte van Schouwen en
Duivelant, a° 1752;
4° kaarte van het eyland van Tholen, Nieuw-Yosmeer
Philipsland, etc.;
5° kaarte van het ejland Walcheren door D. W. Carel
en Anthoni Hattinga, a° 1750;
6° kaarte der eylanden Noordbeveland en Wolphaarts-
dijk, a° 1751;
7° kaarte van het oostelijk gedeelte van Zuydbeveland;
8° kaarte van het westelijk gedeelte van Zuyd-beveland
oO
