Bezoek archeologisch depot in Nuis: gewei-onderzoek; Zeeuwse Collectie in Nuis Op 5 december bracht de conservator een bezoek aan het Noordelijk Archeolo gisch depot in Nuis. Dit in verband met een hertshoornen artefact dat zich in de Genootschapscollectie bevindt. In het NAD hebben ze er heel veel van, in diverse maten, uit het Friese en Groningse terpen en wierdengebied. Dit onderzoek krijgt nog een vervolg. Conservator Jelle Schokker was bijzonder behulpzaam. De terloopse vraag of er toevallig ook Zeeuwse vondsten in het NAD lagen, had als gevolg dat hij tot onze verbazing een aantal bronzen voorwerpjes van het strand Domburg-Oost- kapelle tevoorschijn haalde! Een paar waren bekend van een foto die zich in de Zelandia Illustrata bevindt. Die toont enkele artefacten die ooit door de familie Van Sminia aan het Fries Genootschap zijn geschonken. Navraag bij een mede werker van het Fries Museum in Leeuwarden leverde twee jaar geleden niets op; de voorwerpen lagen dus in Nuis. Op de foto is de grootte van de voorwerpen niet goed in te schatten, maar in het echt is te zien dat ze passen bij de kleine gereedschapjes die de mensen destijds aan een kettinkje of een riem droegen: oorlepeltjes, priempjes, etc. De meest opzienbarende zijn wel een vishaakje en twee Tor-hamertjes. Deze ontbreken in de KZGW-collectie. We hebben wel en kele christelijke kruisjes, maar voorchristelijke en/of Scandinavische religieuze uitingen hebben de collectie nooit gehaald. Het is mogelijk ze te lenen voor de verlenging van de tentoonstelling in Terra Maris. Bezoek van Duitse materiaalspecialisten Op vrijdag 20 december kwamen de Duitse materiaalspecialisten Gerald Volker Grimm en Wolfram Giertz naar het depot van Erfgoed Zeeland en Museum Terra Maris bij Oostkapelle om de vondsten van het strand Domburg-Oostkapelle te bekijken. Ze waren verheugd dat deze collectie op dit moment voor een groot ge deelte geëxposeerd wordt. Met name de Domburgtype-fibulae hadden hun aan dacht. Die zijn zeer waarschijnlijk in de vroege middeleeuwen hier op Walcheren gemaakt en verhandeld tot ver in Duistland. Beide wetenschappers houden zich o.a. bezig met de evolutie van de verschij ningsvormen van dit type mantelspelden: wat was de eerste, welke volgde daarop, etc., om zo de handelstrajecten van die tijd aan te tonen. Ieder belangrijke stad aan een rivier had in die tijd een Fries Handelshuis, ook in Duitsland. Het gebied van de Friezen reikte in die tijd vanaf de Duitse Noorzeekust tot aan het Zwin. Dat was dus inclusief het gebied van Walichrum. Zo zijn de fibulae van het Domburg- 26 2019

Tijdschriftenbank Zeeland

Jaarverslagen en naamlijsten KZGW 1817-1906, 2018 - heden | 2019 | | pagina 27