TOENEMENDE BELANGSTELLING Nu is het zover gekomen dat de streekdracht op ons voormalig eiland straks verdwenen zal zijn. De belangstelling ervoor neemt echter weer toe, pas send in deze tijd van nostalgie. Velen denken met spijt aan de tot ringen vermaakte krullen, aan de mutsenkanten die tot kleedjes werden verknipt, aan de mutsenspelden die broches werden. Alleen bloedkoralen, gitten, rouwklokken en strikken worden weer met trots gedragen. Een oude vrouw heeft het druk met het maken van „aekmusjes" en poppen in dracht bren gen veel geld op. Musea doen hun best mooie uitstallingen te maken en dat is ook wel de enige manier om de mooie drachten voor het nageslacht te bewaren. Maar een dracht leeft meer op een mens dan op een pop. Wie echt bewondering heeft voor de oude kleding en sieraden, zou moeten trach ten de gitten ketting geleidelijk aan uit te breiden met een muts, krullen en strikken. Er liggen beslist hier en daar nog mutsen in de kast en krul len kunnen nog worden gemaakt. De dracht uit „Grootmoeders tijd" kan, mits goed verzorgd, bij passende gelegenheden met genoegen en met suc ces worden gedragen! LITERATUUR Maaskamp, E. Afbeeldingen van de Kleeding, Zeden en Gewoonten in de Bataafsche Republiek met den aanvang der negentiende eeuw, 1803. Greeven, H. Verzameling der Kleederdragten in de Nordelijke Provinciën van het Koninkrijk der Nederlanden, 1828 (facsimile). Bing, Valentyn en Braet von Ueberfeldt, Nederlandsche Kleederdragten, Zeden en Gebruiken, 1857. Man, dr. J. C. de, Zeeuwsche Kleederdrachten, 1894. Verhaegen, P. La dentelle Beige, 1912. Coster, Charles de, Zeeland door de bril van 1873, 1965. Bree, J. de, Kostuum en sieraad in Zeeland, 1967. MUSEA Bruinisser Oudheidskamer, Bruinisse Gemeentemuseum, Zierikzee Landbouwmuseum Schouwen-Duiveland, Dreischor Nederlands Openluchtmuseum, afdeling Klederdrachten, Arnhem Zeeuws Museum, Middelburg 73

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1977 | | pagina 75