EEN VERGELIJKING TUSSEN TWEE DIALECTSCHRIJVERS VAN ONS EILAND NAAR TIJD EN PLAATS, „JOÖS VAN JAONE" EN „WULLUM UUT BRU" DOOR DR. A. DE VIN In het begin van mijn artikel „Commentaar op het gedicht en het dialect van een Brouwse garnalenvisserwees ik erop dat de bijdragen van Schouwen- Duiveland aan de Nederlandse dialectliteratuur helaas niet groot zijn ge weest. 1) Om deze reden betreurde ik het dat twee gedurende een langere periode in streek- en weekblad verschenen reeksen van dialectstukjes niet gebundeld waren. Teneinde aan de hier bedoelde reeksen wat meer aandacht te schenken en - wie weet? - te eniger tijd een of meer liefhebbers van het dialect op ons eiland ertoe te inspireren een uitgave te verzorgen van (een van) beide series, wordt deze bijdrage voor de kroniek van 1978 in de eerste plaats geschreven. Maar ik heb er daarnaast ook een zeer principieel doel mee op het oog. Overal in Europa beleven de dialecten en streektalen (de grens tussen deze begrippen is meestal niet scherp te trekken) een wederop leving na jarenlang geminacht of misprijzend beoordeeld te zijn. 2) Enige overtuigende bewijzen hiervan kregen we onlangs uit Frankrijk 3)waar het klimaat de jaren door voor alle van het officiële Frans afwijkende taalge bruik beslist niet gunstig is geweest, en uit Zwitserland. In dit land, dat thans in economisch en financieel opzicht de hoogste plaats op de wereld ranglijst inneemt, is het blijkbaar geen enkel probleem voor een groot deel van zijn grondgebied en zelfs voor het aangrenzende vorstendom Liechtenstein radionieuwsberichten in dialect uit te zenden, hetgeen uit het hier gerepro duceerde bericht uit het Zuidduitse blad "Südkurier" van 7 juni jl. duide lijk blijkt. Neues im Dialekt Vom 23. November 1978 an wird die Ostschweizerische Radio- und Fernseh- gesellschaft taglich ab 18.05 Uhr eine fünfzehn- bis fünfundzwanzig Minuten dauemde Radio-Lokalsendung für die Kantor.e Thurgau, St. Gallen, Glarus, bei de Appenzell und den deutschsprachigen Teil Graubündens sowie für das Fürsten- tum Liechtenstein ausstrahlen. Dabei wird Dialekt gesprochen. Vorherrschend soli die Kurzinformation sein. Gestaltet wird die Sendung von der Programmstel- le St. Gallen. Op grond van deze verheugende ontwikkeling is er geen enkele reden met onze Zeeuwse streektalen (en in het bijzonder met die op Schouwen-Duiveland) be scheiden op de achtergrond te blijven. Kennen we al niet sinds onheuglijke tijden het gezegde: „De Zeawse taele is de moajste van ölemaele" en sprak en schreef niet de onvolprezen redactrice van het Woordenboek der Zeeuwse dia lecten, dr. Ha.C.M. Ghijsen, tijdens haar leven met volle overtuiging over 112

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1978 | | pagina 114