De polder Schouwen, vroeger nog bestaande uit zes delen, was tot de concen tratie van de polders en waterschappen op Schouwen-Duiveland op 1 januari 1959 verreweg het grootste waterschap in dit gebied, namelijk ruim 8000 ha. Veel omtrent de geschiedenis van Schouwen is bewaard gebleven. In het bij zonder dankzij de drie boeken van mr. A.J.F. Fokker (voorzitter van „Schou wen" van 1887 tot 1927)namelijk: „Schouwen voor 1600", „Schouwen van 1600-1900" en „Anne met de Gesp". „Anne met de Gesp" is genoemd naar een boek waarin sinds onheuglijke tijden was opgeschreven wat voor Schouwen van belang was, privileges, ordonnanties, inlagen, vallen enz. Volgens Fokker heette dit zeer oude boek Anne met de Gesp, omdat het evenals de bijbels met haken en gespen gesloten was. In 1767 was dit boek bijna onleesbaar geworden en men besloot het te doen overschrijven. Hiervan is niet veel terecht gekomen; in het werk waren ver schillende rubrieken geheel blanco gelaten, terwijl de originele „Anne met de Gesp" na die tijd spoorloos was verdwenen. Wie in de boeken van Fokker leest, raakt onder de indruk van de buitenge woon zware strijd die Schouwen heeft moeten voeren tegen de voortdurende aanvallen van de zee. Ergens schrijft hij, dat men zich verwonderen moet dat men altijd de strijd tegen het water heeft volgehouden en niet de moed heeft laten zakken en erover gedacht alles te abandonneren Duidelijk blijkt dat Fokker sterk afhankelijk was bij zijn geschiedschrij ving van de volledigheid van de stukken uit vroeger eeuwen. Zo hield de sekretaris van Schouwen in het midden van de 19e eeuw er opvattingen op na, die er op neerkwamen dat de notulen door hem feitelijk werden afgeschaft! We mogen Fokker dankbaar zijn voor zijn omvangrijk werk. Zijn boeken zou den herdrukt moeten kunnen worden. Pogingen daartoe zijn tot nu toe zonder sukses gebleven. Het waterschap Schouwen richtte in 1937 het huidige kantoor, 's Landskamer, Havenpark 40 te Zierikzee in. Dat was voor die tijd een goede en moedige daad. De restauratie van het gebouw, uitgevoerd in de in financieel opzicht niet rooskleurige jaren dertig, kan als een voorloper worden gezien van de vele restauraties in de stad gedurende de laatste 30 jaar. In vroeger tijden was de kamer van Schouwen ingericht in het stadhuis van Zierikzee, vandaar de naam 's Landskamer, de kamer van het land van Schou wen. Toch had dit waterschap al vroeg een eigen gebouw. Op 28 februari 1794 deelde de president van „Schouwen" mede, dat hij 's Lands Huis had afge staan als stal voor de verwacht wordende ruiterij. Men keerde weer enige jaren terug naar de oude kamer in het stadhuis. Zie rikzee had echter al spoedig deze kamer nodig. Deze „questie" speelde mei 1797. Pas in augustus 1808 wordt met de stad Zierikzee overeengekomen „het locaal in de Hooge Molenstraat, genaamd 's Landshuis, te ruilen tegen een pand van de stad, staande aan de Zuidzijde van de Oude Appelmarkt." (Fok ker, Schouwen van 1600-1900, p. 367). Het beschikken over een eigen pand is vooral van betekenis voor het behou den en het beheer van het archief en van oude kaarten,materialen enz. Door „Schouwen" zijn namelijk veel oude kaarten met allerlei wapens van de dorpen, schilderijen, glazen, oud zilver bestek, zilveren en andere voor werpen bewaard. Kortgeleden, in november 1977, trokken op een tentoonstel ling in Delft ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Unie van Wa terschappen veel van door het waterschap Schouwen-Duiveland ingezonden ou de stukken en gereedschappen de aandacht. 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1978 | | pagina 18