Van de twee schepen die in Zierikzee gebouwd werden (De „Willem den Eer
sten" en „De Stad Zierikzee") rechtte men op 23 juli 1818 op plechtige wij
ze de stevens op het terrein van de scheepstimmerwerf buiten de Noordhaven
poort. Burgemeesters, raden en leden van de rechtbank van deze stad, alsme
de de commissaris van het tweede district van deze provincie, jonkheer mr.
W.A. de Jonge, werden door een deputatie uit de Commissie van Toezicht afge
haald ten stadhuize om zich naar de stadswerven te begeven, waar zij met
eerbetoon door de scheepstimmerlieden ontvangen werden, alsmede door scheeps
timmerbaas Willem Mommaas en smidsbaas Cornelis Anthonie de Roo. Nu begaf
men zich naar de werf om de stevens van de beide schepen te rechten.
Hiertoe werden aan de districtcommissaris de spijkers voor de vóór- en ach
tersteven aangeboden, die door deze in de desbetreffende stevens geslagen
werden, terwijl deze tegelijkertijd versierd werden met de vlag die het
schip in de toekomst zou gaan voeren. Bij het tweede schip, „De Stad Zie
rikzee", werd hetzelfde gedaan door de Zierikzeese burgemeester M.C. de
Crane. Dit alles ging gepaard met grote belangstelling van de stedelijke
bevolking, maar ook van die der omliggende dorpen. De vlaggen van de open
bare gebouwen alhier waren uitgestoken evenals die der in de haven liggende
schepen. Het muziekcorps van de Zierikzeese schutterij zorgde voor de muzi
kale omlijsting. Op de Oude Haven werd door het voormalige St. Jans- of
arbeidersgi1de op eigen kosten zelfs een fraaie erepoort opgericht.
Vischhoeker 1845.
De vischhoeker, die reeds in de 14e eeuw wordt vermeld, ontleent zijn naam aan
het hoekwant, waarmede de kabeljauwvangst werd uitgeoefend. Het vaartuig bleef
tot in de tweede helft der 19de eeuw in gebruik, toen het verdrongen werd door
de vischsloepen en loggers.
38