Foto 1930. Op de stoomlocomotief no. 323 machinist M. Thijsse die te
Brouwershaven woonde. Zijn zoon bestuurt nu treinen bij de Nederlandse
Spoorwegen
In het jaar 1918 kocht de R.T.M. de Stoombootdienst Zierikzee - Rotter
dam en kreeg daarmede de schepen „S.S. Stad Zierikzee" en „S.S. Schelde",
beide ingericht zowel voor personen- als voor goederenvervoer, in haar
bezit. De exploitatie van de dienst werd voortgezet, maar een concur
rent in het vervoer naar Rotterdam was verdwenen.
Het feit, dat in de veerdienst Zijpe - Numansdorp-Haven alleen nog fiet
sen, snelgoederen en bagage met het S.S. „Minister C. Lely" werden mee
genomen maakte, dat de overgangstijden van tram op boot en omgekeerd
aan de veerhavens beperkt konden worden en de reistijd tussen Schouwen-
Duiveland en Rotterdam verkort; ook het inleggen van sneltrams tussen
Rotterdam en Numansdorp-Haven werkte daaraan mede, al had men beter van
„versnelde trams" kunnen spreken, daar een aantal halten in de Hoekse
Waard ook door deze trams werden bediend.
Met de in het voorgaande beschreven uitrusting heeft de R.T.M. decennia
lang het openbaar vervoer van, naar en op Schouwen-Duiveland verzorgd.
Het gebied was dun bevolkt: er woonden niet meer dan 23.000 mensen, de
recreatie-gebieden waren nog niet ontdekt en derhalve had het vervoer
een sterk eenzijdig karakter. Een goed scholierenvervoer in relatie met
Zierikzee, vooral in de wintermaanden, een niet onbelangrijk reizigers-
vervoer vooral op marktdagen te Zierikzee en Rotterdam; van het laatste
vervoer profiteerde ook de Zierikzeese boot, die ook veel vee vervoerde.
Hier moet nog op een merkwaardigheid gewezen worden. Met de trams kon
den altijd rijwielen vervoerd worden en dat gebeurde dan ook. Het ver
voer van rijwielen was niet duur; een fiets kon door de reiziger voor
0,25 meegenomen worden. Het merkwaardige was, dat er veel en veel
90