C.-Schouwen-Duiveland, die kort voor het aanbreken van de dag ingelicht werd omtrent de Duitse overtocht naar Zijpe, gaf opdracht aan C.-162 Bt. Lu.A.de batterij stuksgewijze te doen verplaatsen naar enige nader aan geduide wegenkruispunten rondom Zierikzee, teneinde aldaar te worden inge zet tegen landdoelen. Alle drie stukken werden omstreeks 8.30, even be oosten Zierikzee, op weg naar de aangewezen opstellingsplaatsen, door de vijand aangehouden en buitgemaakt. Ook gaf C.-Schouwen-Duiveland nog opdracht aan C.-I-38 R.I. te Zierikzee, met de resten van zijn bataljon stelling te nemen bij Oosterland. Deze op dracht kwam echter niet tot uitvoering, aangezien de vijand, die na de overtocht met grote snelheid was opgerukt langs de noord- en zuidkust van Duiveland, Zierikzee reeds binnengedrongen bleek te zijn. In de straten van Zierikzee werden daarop nog enige plaatselijke gevechten geleverd, waarbij aan weerszijden enige verliezen werden geleden en welke eindigden met het neerleggen der wapens door de Nederlandse troepen. Elders op Schou wen-Duiveland werd geen weerstand meer geboden. Overal waar de Duitse troepen verschenen, legden de onzen de wapens zon der strijd neer. Op 17 Mei 7.00 was geheel Schouwen-Duiveland in Duitse handen. De in ge vangenschap geraakte Nederlandse troepen werden op transport gesteld naar de Brabantse wal. Na deze officiële geschiedschrijving laten wij dagboekfragmenten volgen van mensen die, verrast door de toch nog onverwachte gebeurtenissen, no teerden wat zij en hun omgeving zagen en gevoelden. Als eerste het korte dagboek van de heer N.W. Flikweert. De heer N.W. Flikweert, geboren in 1902, thans wonende te Zierikzee, woon de in 1940 te Schuddebeursals tuinbaas op de buitenplaats Zorgvlied. Hij heeft sinds 1931 dagboeknotities gemaakt (op het voetspoor van zijn va der, die dat eveneens een groot gedeelte van zijn leven heeft gedaan) eerst vooral korte aantekeningen over gebeurtenissen in de natuur die hij waarnam, later over algemene zaken die zijn aandacht trokken, altijd kort en zakelijk. Over de meidagen van 1940 heeft hij opgetekend: 10 Mei. Duitsche troepen vallen ons land binnen, zonder waarschuwing, 's Mor gens veel vliegmachienen overgekomen en veel geschoten, voor 's middags luchtgevecht boven ons in Nieuwerkerk -Ned. vliegmachine neergestort. 11 Mei. Droog, zeer koud weer van de week, steeds in de verte hevig ge schutvuur of bombardementen. 13 Mei, 2de Pinksterdag vanmorgen 3.30-4.30 u. vliegveld Haamstede gebom bardeerd-door plusminus 25 vliegtuigen, 's Morgens druif aangebonden en bloemen verspeend. Mijn jachtgeweer met 12 patronen opgehaald door de po litie. 's Avonds hard geschoten boven Rotterdam, alles dreunde. 14 Mei. Druiven geharkt. 15 Mei. Schuilkelder aan de dijk voor ons huis helpen graven. 16 Mei. Schuilkelder klaar helpen maken. 17 Mei. Na 2 slapeloze nachten, door hevig schieten, en vliegtuiggeronk, gisterenavond 8 uur naar bed, goed geslapen tot 6,30 u.verschrikt wakker geworden door schieten, menende dat het bommen waren, 't bosch ingevlugt met mijn vrouw en drie kinderen. Die lagen steeds gekleed in bed. Het bleken Duitschers te zijn, motorrijders, die stonden bij de winkel van De Regt op de dijk en schoten op 't bosch met mitrailleurs. In het bosch achter een heuveltje gelegen, later naar ons huis teruggekeerd, niemand gewond. 117

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1980 | | pagina 119