50 Jaar vliegveld Haamstede
door C. J. Boot
Bij het begin van een artikel over het vliegveld Haamstede wordt al bij de eerste regel mijn
aandacht getrokken door een brede condensstreep, die hoog aan de hemel van zuid naar
noord trekt en na enkele minuten oplost. De streep wordt veroorzaakt door een op 10.000
meter hoogte vliegende DC-8 van Air Icelandic .Loftleidir") op weg van Luxemburg naar
Reykjavik op IJsland en vervolgens naar New York. De piloot maakt gebruik van het lucht-
baken Haamstede om zijn route dan via een luchtbaken bij Newcastle te vervolgen naar IJs
land. Indien deze piloot, boven Schouwen vliegend, eens omlaag zou kijken, zou hij in de
uiterste Westhoek een miniem landingsstripje ontwaren. Deze landingsbaan ligt totaal ont
redderd op het vliegveld Haamstede, nog steeds goed bekend in zweefvliegkringen, doch bij
de motorvliegers afgeschreven.
En toch heeft op dit vliegveld een ongekende bedrijvigheid geheerst van komende en gaan
de vliegtuigen, die hier hun passagiers brachten en in lieten stappen op de kortste luchtlijn
ter wereld, maar wel de drukste. Heel toevallig is deze luchtlijn te danken aan een zeer voor
uitstrevend comité in Zierikzee, dat op 30 april 1925 onder voorzitterschap van de heer J. J.
Cock, directeur van de Insulaire Hypotheekbank te Zierikzee, een vergadering hield tot be
vordering van het luchtverkeer Nederland - Indië. Een paar dagen later maakte de heer
Cock zijn opwachting bij de K.L.M.-directeur A. Plesman om eens te praten over een vlieg-
demonstratie in Zierikzee. Plesman sprak toen de legendarische woorden: „Als gij voor een
goed landingsterrein zorgt, dan wil ik wel een geregelde luchtverbinding naar Schouwen-
Duiveland tot stand brengen". Het plan Indië werd doorgehaald en het comité begon aan de
opbouw van een luchtlijn naar ons eiland, toen nog verstoken van bruggen en dammen, ter
wijl een reisje naar Rotterdam ongeveer 5 uren duurde met het openbaar vervoer, bestaan
de uit tram - boot - tram. Ere-voorzitter van dit comité was mr. A. J. F. Fokker van
Craijestein van Rengerskerke en het bestond verder uit J. J. Cock, voorzitter, C. v. d. Vliet,
V. M. Krepel, N. A. Berkhout (Brouwershaven), J. A. Biermasz, J. Bongertman, L. Doele-
man, S. Hage (Bruinisse), M. J. Kosten, A. C. de Oude, N. J. Visser en J. E. v. d. Broek als
secretaris. Een vliegveld bij Zierikzee zou het worden, doch dit ging f 300.000,- kosten, en
een ander terrein dat een ton goedkoper was, werd door de K. L. M. afgekeurd. De zaak ge
raakte in het slop, totdat in 1929 de bevorderaar voor vreemdelingenverkeer, ds S. H. J.
Voors (de vliegende predikant), het comité nieuw leven in blies. In de Westerenbanpolder te
Haamstede zou een vliegterrein van 18 ha. na gelijkmaking en dichting van konijnenholen
eventueel gebruikt kunnen worden. De heer Cock toog naar de minister van Waterstaat op
1 mei 1929 en reeds op 6 mei d.a.v. kwam dhr I. A. Aler door de lucht naar Zierikzee. Hij
landde op het noodlandingsterrein en keurde het vliegveld te Haamstede goed. Het zou na
nivellering een der beste van Nederland kunnen worden. Inmiddels was het comité wat ver
anderd van samenstelling en zag er als volgt uit: J. J. Cock, voorz., ds S. H. J. Voors, vice-
voorz., J. E. v.d. Broek, secr.-penn., J. C. A. Bannink, Jhr L. v. Citters, Ir C. J. Dussel, R.
Gerritsen en P. A. A. Klok. Jhr van Citters overleed in 1931. Hij had op 14 oktober 1930
met enig officieel vertoon de eerste spade in de grond gestoken om het terrein gelijk te ma
ken.
Zijn opvolger was Jhr R. J. H. Q. Röell, een bijzonder enthousiast voorstander van deze
luchtlijn. Doch eerst verscheen in de Westhoek een n.v. Nieuw-Haamstede, die o.l.v. Ir. J.
100