Zeeland iets afnemen. En toch was het vliegveld Haamstede wat het vervoer betreft derde
van Nederland achter Schiphol en Waalhaven. Buiten het vliegveld werd door de gemeente
het parkeerterrein verbeterd, zodat er een 400 auto's konden parkeren.
Plannen om de toegangsweg naar het vliegveld te verbeteren werden uitgevoerd door de
Provincie, zodat een fraaie verkeersweg met vrijliggend fietspad ontstond. Daarvoor moest
een ieder zich behelpen met een zanderige steenslagweg, die al bij de Maire afboog naar het
vliegveld en kort bij de startbaan rechtsaf ging naar het K.L.M. - station. Het was een ware
stofweg, vooral in een droge zomer. Eveneens werd voor het stationsgebouw een verhard
perron aangelegd, want de K.L.M.-Zeeland was geen luxe, de eenvoudigste Schouwenaar
vloog en de stopzetting van de winterdienst werd door velen betreurd
Toch gingen ook de technische voorzieningen verder. Er werd een radiobaken aangebracht
en meer en meer werd gevraagd naar nachtverlichting. Deze investering kon voorlopig nog
niet gerealiseerd worden. Steeds meer werd het vliegveld gebruikt door militaire toestellen
en net buiten onze kust werden schietoefeningen gehouden. Een militair toestel vloog dan
met een grote luchtzak achter zich en een jager dook regelmatig op dit doelwit om te trach
ten het met mitrailleurvuur te raken. Na de landing werden de kogelgaten geteld en 5% was
dan al een eervolle vermelding waard. In de Grevelingen, tegenover Sirjansland, was op een
zandbank een oefenterrein voor bommenwerpers. Met oefenbommen werd getracht een zo
goed mogelijk resultaat te bereiken. In mei 1936 verongelukte het toestel 633, een Fokker
CV. Luitenant-vlieger G. van Dijk en luitenant-waarnemer B. Slager bleven ongedeerd.
Natuurlijk moesten op Haamstede ook landingsrechten betaald worden en die werden naar
grootte ingedeeld. Een DC II moest f 5,- betalen, een Fokker VIII f 4,- en een Fokker VIIa
f 3,-. In de zomer van 1937 leverde dat voor de gemeente f 2262,50 op. Lestoestellen kon
den voor 50 cent terecht. Toen de luchtlijn, zoals eerder gemeld tijdens de winterdiensten
verlies opleverde, werd het landingsgeld kwijtgescholden.
Het K.L.M. - stationsgebouw floreerde. Bijna elke dag en vooral in de zomer zaten nieuws
gierigen op het terras te genieten van de komende en gaande vliegtuigen onder het genot
van een kopje koffie of iets anders. Het was toen al een hele kunst om de vliegers te herken
nen. Was het een piloot met nog maar twee gouden bandjes om de mouw van zijn uniform,
dan was het nog niet veel bijzonders, doch één met drie of vier banden, daar moest men de
pet voor afnemen. Dat waren mensen van de Indië-route. Namen als Smirnoff, Soer, Par-
mentier, Van Veenendaal, Viruly, Moll, Hondong, Geijsendorfer, allen zijn ze dikwijls op
het vliegveld Haamstede geweest en ze beschouwden dit vluchtje als een soort uitje.
En ook des avonds was het goed toeven in het K.L.M.-restaurant met als gerants de beken
de namen: Van Dieren, Otto, Witte en Klijn. Veel bezoek was er meestal uit Zierikzee, van
waar de „upper ten" zich per eigen auto naar Haamstede reed en soms per taxi thuisge
bracht moest worden. Doch dat waren uitzonderingen op de dagelijkse gang van zaken in
het druk bezochte stationsgebouw.
Daar elke minuut in de lucht kostbaar was, werd door de Rijksluchtvaartdienst aan de
K.L.M. - toestellen ontheffing verleend om een halve cirkel om het vliegveld te maken voor
de landing. Vanaf die toezegging was de kortste vlucht rechtuit, rechtaan en voordat men er
erg in had, was een toestel al geland. Toch had deze maatregel nare gevolgen kunnen heb
ben, want een bijna botsing trok de aandacht. Het was de P.H. - A.K.R (de Rijstvogel), met
gezagvoerder P. Noomen als extra toestel ingezet wegens grote drukte, die bijna op de
Koolhoven P.H. - A.R.B. met Geering als bestuurder vloog, doch door snel gas te geven een
botsing kon vermijden.
107