en helaas een luchtwachter uit Burgh, L. Bakker genaamd, gedood. Zij die over radio be
schikten, hoorden toen dat Nederland in oorlog was met Duitsland. Het gehele vliegveld
complex werd verdedigd door het 162e Bataljon Luchtafweer en een der stukken geschut
slaagde er op 11 mei, des morgens rond 8 uur in, een Heinkel 111 neer te schieten. Het
toestel kwam neer bij de boerderij van de familie De Glopper aan de Omloopsweg. Een inzit
tende werd gedood, een tweede viel te pletter op de Groenewoudseweg en een derde kwam
met zijn parachute in de duinen terecht en werd gevangen genomen. Dezelfde dag bombar
deerden 3 Heinkels in de namiddag de omgeving van het vliegveld, waardoor enkele barak
ken en het K.L.M.-station ernstig beschadigd werden. De volgende dag namen 18 Mes-
serschmitts 109 het vliegveld onder vuur, waardoor praktisch alle toestellen werden vernie
tigd, inclusief een gevluchte bommenwerper van het type Fokker T-V. Het was toen naar de
mening van de vliegveldcommandant beter om de vliegschool Haamstede te laten wat het
was, omdat er geen toestel meer over was. Op 15 mei gingen 10 officieren met 47 onderoffi
cieren en manschappen naar Zierikzee en voeren met een bewakingsvaartuig (de Bath I)
naar Middelburg en Vlissingen om met een Franse torpedojager over te steken naar Bres-
kens. Na een moeilijke tocht, deels te voet, deels met militaire vrachtauto's, bereikten ze
daarna de Franse kust en werden overgebracht naar Engeland, waar velen van hen later bij
een speciaal Nederlands jachtvliegerseskadron werden ingezet tegen de Duitsers.
Inmiddels was ook Schouwen-Duiveland bezet en het vliegveld werd een Duitse basis voor
jachtvliegtuigen. Eerst werden alle wrakken opgeruimd en ook de onbeschadigde jagers uit
de „zomerhuisjes" naar Burghsluis gebracht en met bovendekschepen naar Schiphol ver
voerd. De hangar werd hersteld en gecamoufleerd. Op het veld zelf werden verhoogde in
hammen gemaakt waarin de Messerschmitts 109 des nachts werden ingereden. Elke mor
gen bij zonsopgang werden de motoren warm gedraaid, wat een enorm lawaai maakte en in
de gehele Westhoek gehoord kon worden. Voor onderdak en verpozing van vliegers en man
schappen werden een aantal barakken, dienstleidingsgebouwen en een bioscoop gebouwd.
De Engelsen begonnen op 1 augustus met een Bristol Blenheim het vliegveld te bombarde
ren. Het toestel werd neergeschoten en de drie inzittenden vonden de dood. Een van hen
viel bovenop het kippenhok van boerderij R. Steur in Westenschouwen, het toestel stortte
300 meter westelijk van de boerderij Kraaijestein neer.
De volgende dag werd opnieuw een Blenheim neergehaald door Messerschmitts en brandde
uit in de duinen achter de Schouwse Boer. De drie vliegers vonden de dood en werden met
militaire eer ter aarde besteld op de begraafplaats in Haamstede. Een Engelse Vickers Wel
lington had op 10 augustus meer succes. Voordat de Duitse jagers op konden stijgen, wer
den ze door bommen getroffen. 10 jagers werden vernield en 5 Duitse vliegers gedood. Ook
de hangar liep zware schade op. De bezetters hadden achter Biesterveld een schijnvliegveld
aangelegd met een aantal houten vliegtuigen en een hangarachtig bouwsel. Des nachts was
het enigzins verlicht en op 13 november werd het veld in de late avond gebombardeerd.
Steeds meer bombardementen werden uitgevoerd en 4 juni 1941 werd veel schade aange
richt, doch daarbij liepen ook de land- en tuinbouwbedrijven van Van Toledo, Korteweg,
Mulock Houwer en Dalebout schade op. Elke avond vlogen massa's Duitse vliegtuigen,
Heinkels 111, Junkers 88 en Dorniers 17 over het vliegveld Haamstede naar Engeland om
hun bommenlast kwijt te raken. Mocht hun radio-installatie uitgevallen zijn of beschadigd
door afweergeschut, dan konden de terugkerende vliegers zich oriënteren op een in de
Burghse polder geplaatste serie lichtjes en hier is in de loop van de oorlog enorm veel op
geschoten en gebombardeerd. Het omliggende bouwland bij de Westbout was dan ook ge
heel omgeploegd.
111