De bouwkundige geschiedenis door Fred Jilleba De eerste indruk die het ruim elf meter brede gevelfront van perceel Ring 3 te Dreischor wekt, is dat van een fagade, die behoort bij een vóór omstreeks 1650 gebouwd langs- of dwarshuis, dat zijn noklijn evenwijdig aan de straat heeft en waarvan het voorhuis en de bin- nenhaard naast elkaar achter de voorgevel zijn gesitueerd. Van dit type geeft b.v. de Middel burgse Bogardstraat talloze aardige voorbeelden te zien. „De Kazerne" (foto: J. D. C. Berrevoets) Ook laat het zich in zijn uiterlijke verschijningsvorm gemakkelijk verbinden met een dub- belhuis met middeningang, dat in dit gewest omstreeks 1640 in de regentenarchitectuur (Vlissingen, Nieuwendijk 11) tot ontwikkeling werd gebracht en dat in kleinere afmetingen vooral in de 19e eeuw volop het architectonisch beeld van onze dorpen ging bepalen. Maar een inwendige verkenning van het Kerkringpand wees uit, dat wij hier te malven heb ben met een huis met zijkamer of, zoals de situatie er thans uitziet, een huis met zijhuis; dus een samenstel van twee bouwlichamen, dat in deze vorm in Zeeland in verband met de be schikbare perceelbreedte slechts sporadisch voorkomt. Het mag dan ook wel opmerkelijk worden genoemd, dat het kleine dorp Dreischor op Ring 5 reeds een tweede huis met zijkamer te bieden heeft, zij het dat de kappen van beide licha- 60

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1981 | | pagina 62